Internationale vrouwendag 2022 — Voor internationale vrouwendag hebben we dit jaar twee items gemaakt voor de sociale media. Dat had te maken met de oproep op Wikipedia die zeker van toepassing is op een groot aantal vrouwen in de Joseph Cuypers Collectie die we lopende het onderzoek en de inventarisatie hebben leren kennen.1 Onderstaande overzicht van de berichten op de sociale media geeft een aardige indruk.
Oproep Wikipedia om meer lemma’s over vrouwen
…
Deze diashow vereist JavaScript.
Nota bene — Het bericht heeft betrekking op de eerste collage.
Tekst op Facebook, LinkedIn en Instagram
Ook de oproep van Wikipedia gelezen? «Wikipedia bevat 1,7 miljoen biografieën. Nog geen 20% daarvan gaat over vrouwen. Als Wikipedia de som van de menselijke kennis wil worden, moet dit veranderen.» Zeker in de maand van de vrouwengeschiedenis is dat, meent Wikipedia, alle reden om hier verandering in te brengen.
Wat ons betreft een prima idee, want bij de Joseph Cuypers Collectie zijn we niet alleen bezig met mannen, maar ook met vrouwen. Je ziet hier v.b.n.o en v.l.n.r. Delphine Cuypers-Povel (echtgenote van Joseph); Elisabeth Alberdingk Thijm (zijn nicht); Marguérite Glastra van Loon-Cuypers (met haar ouders Delphine en Joseph); Nenny Cuypers-Alberdingk Thijm (de schoonmoeder van Delphine); Yvonne Cuypers (haar jongste dochter); drie van de vier zusjes Povel: Bernadette Veltman-Povel, Delphine Cuypers-Povel en Jeanne Povel; en tenslotte een van de zussen van Joseph: Katy Cuypers.
Op misschien een enkeling na, zijn dit allemaal vrouwen die een plaats verdienen in het Digitaal Vrouwenlexicon van Nederland en op Wikipedia. De informatie over hen op onze website staat onder de Creative Commons licentie (CC BY-NC-SA), dus wie belangstelling en zin heeft … https://meta.wikimedia.org/wiki/Celebrate_Women/nl
En nee, zelf doen we dat niet. Dit soort encyclopedische lemma’s vraagt om een heel andere manier van schrijven en die is niet de onze. Schoenmaker blijf bij je leest, is het motto!
Getagd: Gemeentearchief Roermond, Cuyperiana, Cuypershuis, Internationale vrouwendag, Jac Lemmens, Gerard van de Garde, Frans Jansen, Saskia Mouchart, Joyce van Cruchten, Saskia Scheltjens, Marike van Roon Tags: #internationalevrouwendag, Maand van de #vrouwengeschiedenis, #JCC
Tekst op Twitter
«Wikipedia bevat 1,7 miljoen biografieën. Nog geen 20% daarvan gaat over vrouwen.» Dat moet anders. Wat te denken van deze vrouwen uit de families Cuypers-Povel-Alberdingk Thijm (zie collage). Maand van de #vrouwengeschiedenis #internationalevrouwendag https://meta.wikimedia.org/wiki/Celebrate_Women/nl
In de schijnwerper op Internationale vrouwendag 8 maart 2022: Elisabeth Alberdingk Thijm
…
Deze diashow vereist JavaScript.
Nota bene — Het bericht heeft betrekking op de eerste collage.
Tekst op Facebook, LinkedIn en Instagram
Een familie vol talenten, zo zou je de familie Alberdingk Thijm het beste kunnen omschrijven. Muzikaliteit en litteraire aanleg zijn er voortdurend met elkaar in debat over wie de voorrang heeft. Bij Elisabeth Alberdingk Thijm blijken ze te convergeren, waarbij zich ook nog eens een forse dosis vrouwelijk zelfbewustzijn manifesteert.
Dit had ze gemeen met haar tante Nenny Cuypers-Alberdingk Thijm en haar nicht Catharina Alberdingk Thijm, zus van Lodewijk van Deyssel. Overigens is Catharina de enige vrouw in deze kring die wel Wikipedia en het Digitaal Vrouwenlexicon van Nederland heeft gehaald. Uit de tekst in de collage blijkt al dat Elisabeth een dergelijke plaats ook verdient en dat zal in nog sterkere mate duidelijk worden als ons webartikel klaar is.
Ook dat kan onder voorbehoud van de Creative Commons licentie (CC BY-NC-SA) gebruikt worden voor Wikipedia et cetera. Zie www.VanHH.org/?p=18674
Getagd: Gemeentearchief Roermond, Cuyperiana, Cuypershuis, Internationale vrouwendag; Jac Lemmens, Gerard van de Garde, Saskia Mouchart, Joyce van Cruchten, Saskia Scheltjens. Tags: #internationalevrouwendag, Maand van de #vrouwengeschiedenis, #JCC
Tekst op Twitter
Vandaag op #InternationaleVrouwendag speciaal aandacht voor Elisabeth Alberdingk Thijm, de lievelingsnicht van Pierre J.H. Cuypers. Ze was actief als vertaalster en schrijfster en nam deel aan de Belgische vrouwenbeweging. Ook iets voor @wmnl! #Wikipedia www.VanHH.org/?p=18674
Delen is ons motto, dus iedereen mag gebruikmaken van de gegevens die hier staan, maar wel binnen de termen van de Creative Commons licentie.2
Over delen gesproken, je kunt ons en andere onderzoekers helpen door deze pagina te delen via de knop delenonderaan de pagina.
Meer weten over de vrouwen in de JCC met wie je hierboven kennis hebt gemaakt? Surf dan naar de Joseph Cuypers Collectie.
Het project komt verder met grote regelmaat aan de orde op onze Facebookpagina: http://bit.ly/VanHHOrg2FB
Ga eens kijken en ‘like’ de pagina, zodat de berichten over Joseph Cuypers, zijn familie en zijn netwerk een nog grotere actieradius bereiken!
;-) B&M
Verwijzingen &
Wikimedia | Meta-Wiki. ‘Vier de Vrouwen | Internationale Vrouwendag 2022’, 5 maart 2022. https://meta.wikimedia.org/wiki/Celebrate_Women/nl. Voor de Joseph Cuypers Collectie (JCC) surf naar deze pagina.
Voor deze site hanteren we de Creative Commons licentie, gespecificeerd onder deze link: http://bit.ly/Copyright-CC-BY-NC-SA-4-0. Dus geen commercieel gebruik en absoluut naamsvermelding, zoals geldt voor al onze teksten en foto’s op onze sites. Hiertoe rekenen we ook onze pagina’s op Facebook en Blogger. Voor de goede orde, alles wat ten dienste komt van kennisverspreiding, beheer en behoud van erfgoed zonderen we uit van commercieel gebruik.
De links naar de voorbereide berichten worden hier na het posten ingevoerd.
Over het waarom van de opzet van deze pagina
Laten we het eens anders doen, dachten we. Niet helemaal, maar wel een stukje. Doorgaans besteden we aan de voorbereiding van de grote items van ons collectief voor de sociale media vrij veel aandacht: nadenken over het thema, materiaal verzamelen voor de collage en collage maken. Kleine stukjes tekst schrijven voor in en onder de collage – en klein betekent altijd schrappen en schaven – een keuze maken uit de hashtags en de personen en instellingen die getagd moeten worden (ook niet altijd eenvoudig), snelkoppelingen maken naar de hoofdartikelen en tenslotte check, double check.
Maar nu hebben we het net wat anders gedaan en je deelgenoot gemaakt van de voorbereiding van de berichten. Dat ziet er wat minder speels uit, omdat we de berichten niet ingebed hebben, maar maakt ons aan de andere kant minder afhankelijk van de sociale media. Eens zien wat het gaat brengen!
Dit item kan geciteerd worden als: Hubar, Bernadette van Hellenberg, en Marij Coenen. ‘Internationale vrouwendag 2022’. VanHellenbergHubar.org (blog), 7 maart 2022. www.VanHH.org/?p=18674
Verkorte link van dit item: www.VanHH.org/?p=18674
Om te printen, te delen of te mailen, klik hieronder op 'Delen'.
Overzicht diabestanden collages sociale media en website — We hebben de collages die we vanaf 2016 maken voor de sociale media online geplaatst. Je mag ze bekijken en er screenshots van maken, zij het wel binnen de termen van de Creative Commons licentie (CC BY-NC-SA), waarover hierna meer.*
Het werken met dit medium dateert van oktober 2016, toen we bezig waren met het project #KunstinBreda. In die tijd had je nog maar de helft van de tekens voor een bericht op Twitter, waardoor je nooit echt een verhaal kwijt kon. Dus maakte ik collages met een afbeelding en een stukje tekst en dat smaakte naar meer. Ik las ergens dat deze oplossing een eigen vakterm heeft, maar jammer genoeg heb ik die niet opgeslagen. Mocht je die tegenkomen, dan houden we ons aanbevolen.
Waarom we meer tekst kwijt wilden? Omdat we bij #KunstinBreda het experiment zijn gestart om informatie te verwerven en uit te wisselen via de sociale media: #dtv (durf te vragen). Hierdoor viel pas goed op ‘hoe groot tegenwoordig de expertise is waar via de sociale media gebruik van gemaakt kan worden. Professionals delen hun kennis en varen er allemaal wel bij’.*Dat is inmiddels ook gebleken bij de twee artikelen die Marij en ik schreven over de Facebookgroep Nederlands religieus erfgoed in vakblad Vitruvius (2021).
Aanvankelijk begon ik met dia’s van 30×18 cm om voldoende ruimte voor de tekst in de collage te hebben. In 2018 zijn we overgestapt naar 28×20 cm, omdat die verhouding door Instagram in die tijd wel geaccepteerd werd en die van 30×18 cm niet. Je ziet het, je moet voortdurend meebewegen met de stroom van veranderingen in de sociale media.
Hieronder geven we een beeld van de collages van het eerste uur. In het begin was het heel eenvoudig één afbeelding met een stukje tekst, waarna geleidelijk meer variatie volgde. In 2017 introduceerden we aan de rechterkant van de collage een verticale regel voor de herkomst van het beeldmateriaal. De volgorde in het bestand is overigens van beneden naar boven, omdat het gemakkelijk werkte om de nieuwste collage bovenaan toe te voegen. Of ons voorbeeld veel navolging heeft gevonden? Niet voor zover wij het kunnen nagaan, dus het is ongetwijfeld ook iets waar je plezier in moet hebben.
Overzicht
De onderstaande items in dit ‘Overzicht diabestanden collages sociale media’ kun je inkijken door de link aan te klikken. Je kunt ook de snelheid aanpassen of er met de cursor doorheen wandelen. Volg de instructies via het screenshot onderaan dit bericht.
Zoals gezegd, is ook op deze presentaties de Creative Commons licentie (CC BY-NC-SA) van toepassing, evenals op alle overige bestanden die we hebben geproduceerd. Voordat je iets gaat gebruiken, word je geacht om het stukje onder deze link te lezen.
Er zitten best wat doublures in de presentaties, waarvan de vroegste bestanden onderaan in het overzicht zitten. Ook hiervoor geldt: beter mee dan om verlegen. Ga je mee?
2021-2022
7 nov 21 tot medio apr 22 #Screenshots sociale media en website 28×20.gslides — Link
2020-2021
22 mei 21 tot 7 nov 21 #Screenshots sociale media en website 28×20.gslides — Link
20 jan 20 tot 15 mei 21 #Screenshots sociale media en website 28×20.gslides.gslides — Link
2018-2019-2020
16 aug 19 tot 2 jan 20 #1 Diaserie op webpagina bit.ly, VanHH2Org21. 28×20.gslides — Link
20 mei 19 tot 5 sep 19 #4 Diaserie op webpagina bit.ly, VanHH2Org21. 28×20.gslides — Link
19 maart 19 tot 16 aug 19 #3 Diaserie op archief webpagina 28×20.gslides — Link
17 dec 18 tot maart 19 #2 Diaserie op archief webpagina 28×20.gslides — Link
13 okt 18 tot 2 jan 20 Screenshots sociale media 28×20.gslides — Link
30 mrt 18 tot 11 okt 18 Screenshots sociale media grijs fond.gslides — Link
2017-2018
12 feb 18 tot 1 apr 2018 Selectie speciale items (powerpoint) 30×18.pptx (in gslides) — Link
Oktober 2018 #Screenshots sociale media 30×18.gslides — Link
December 2017 tot april 18 #Screenshots sociale media 30×18.gslides — Link
September 2017 tot 7 mrt 18 Screenshots sociale media grijs fond 30×18.gslides — Link
31 aug 17 tot 21 april 18 Screenshots sociale media, bit.ly 2zslpI9, 30×18.gslides — Link
Juni 2017-april 2018 #Screenshots VanHH.org in de sociale media 30×18.gslides — Link
2016-2017
2016-2017 #KunstinBreda op de sociale media (bitly), 30×18.gslides — Link
2016-2017 #CuypersinBeeld op de sociale media, 30×18.gslides — Link
2016 Screenshots sociale media grijs fond, 30×18.gslides — Link
;-) B&M
Instructies voor de presentatie on line en om deze te downloaden
Bij de presentaties online is een menu te vinden, waarmee je de snelheid kunt aanpassen en commentaren kunt lezen. Dat menu is niet direct zichtbaar als je de presentatie opent. Dus vandaar een korte uitleg aan de hand van dit screenshot:
Deze diashow vereist JavaScript.
Het menu wordt zichtbaar door met de cursor linksonder naast het scherm te gaan staan, op de manier waarop je het in dit screenshot ziet (rode pijl). Met de pijltjes kun je links en rechts door de presentatie wandelen. Door op de drie verticale puntjes te klikken wordt een submenu zichtbaar.
Als je een of meer presentaties wilt downloaden, geef dan een seintje via vanhellenberghubar@gmail.com. Dan sturen we je de link(s). Ook hiervoor geldt, gebruiken mag, maar wel onder de CC BY-NC-SA-licentie.
Sociale media en erfgoed
VanHellenbergHubar.Org zet sociale media in zowel om nieuws over kunst, cultuur & erfgoed te delen als om vragen te stellen en zo kennis te vergaren. Centraal hierin staat onze Facebookpagina: http://bit.ly/VanHHOrg2FB
Ga eens kijken en ‘like’ onze pagina, zodat de berichten over onderwerpen als de voorgaande een nog grotere actieradius bereiken!
Delen is ons motto, dus iedereen mag gebruik maken van de gegevens die hier staan, maar wel binnen de termen van de Creative Commons licentie.
Voor deze site hanteren we de Creative Commons licentie, gespecificeerd onder deze link: http://bit.ly/Copyright-CC-BY-NC-SA-4-0. Dus geen commercieel gebruik en absoluut naamsvermelding, zoals geldt voor al onze teksten en foto’s op onze sites. Hiertoe rekenen we ook onze pagina’s op Facebook en Blogger. Voor de goede orde, alles wat ten dienste komt van kennisverspreiding, beheer en behoud van erfgoed zonderen we uit van commercieel gebruik.
Over delen gesproken, je kunt ons en andere onderzoekers helpen door deze pagina te delen via de knop delenonderaan de pagina.
Je kunt dit item citeren als: Hubar, Bernadette van Hellenberg, en Marij Coenen. ‘Overzicht diabestanden collages sociale media – VanHH.org’. VanHellenbergHubar.org, 14 februari 2022. www.VanHH.org/?p=18552
Verkorte links van dit item: https://bit.ly/3JmZ1Ux óf VanHH.org/?p=18552
Om te printen, te delen of te mailen, klik hieronder op 'Delen'.
Tussen foto’s en fragmenten —Het tweede deel over Nederlands religieus erfgoed op Facebook begint met wat je zou kunnen betitelen als de primaire ontstaansreden van de groep: het opsporen van kerkgebouwen op historische foto’s. Maar de aanvankelijke vreugde om de identificatie wordt al snel getemperd als het gebouw inmiddels gesloopt blijkt te zijn. En dan hebben we het nog niet over de vraag wat er met het interieur is gebeurd.
Ook dit artikel is grotendeels geschreven in de ik-vorm; ditmaal niet alleen omdat van ons collectief met name Bernadette actief is op de Facebookpagina van Nederlands religieus erfgoed, maar ook omdat ze ons meeneemt naar de beginjaren van het Cuypersgenootschap, waarvan ze een van de oprichters is. Hierbij wordt ook een van de andere oprichters, Wies van Leeuwen, aan het woord gelaten die in 1985 verslag uitbracht over de sloop van de Alkmaarse Dominicuskerk. Gelukkig wist het Cuypershuis nog wat fragmenten van de bouwsculptuur te redden. Een ander type fragmenten vormen de verweesde interieurstukken. Er vindt al decennia lang een ware diaspora plaats van Nederlands kerkelijk erfgoed dat ongeregistreerd over de hele wereld verdwijnt. Gelukkig is er ook goed nieuws, zelfs een primeur: de verblijfplaats van één bijzonder specimen van naoorlogse kerkelijke kunst van edelsmid Marinus Zwollo is door zijn familie opgespoord!
De kennisuitwisseling die plaatsvond naar aanleiding van de wekelijkse vraag van Kerkfotografie wie de kerk op de geposte foto herkent. Het ging om de kerk van Simon en Judas te Lattrop.
De tweede casus betrof dé cause célèbre van erfgoedzorg van de afgelopen decennia: het veel geroemde en verguisde rode raam in de Oude Kerk van Amsterdam.
Ga je mee naar de volgende casus!
O ja, je kunt het artikel downloaden via de tweede knop van rechts op de menubalk hieronder en vergroten door de eerste knop van rechts.
Opnieuw gaat onze dank uit naar alle mensen van de Facebookgroep Nederlands religieus erfgoed die bijgedragen hebben aan dit artikel, en wel in het bijzonder naar de volgende mensen: allereerst beheerder Rob Kreukniet die het artikel samen met co-beheerder Rob den Boer getoetst heeft. Daarnaast Jan Bolder die de ingekleurde panoramafoto van de Alkmaarse Dominicuskerk ter beschikking stelde uit zijn collectie van circa 1000 ansichtkaarten met bouwwerken van Pierre J.H. Cuypers. Tenslotte Martin en Tonny Zwollo die me geholpen hebben met informatie en beeldmateriaal over de hoogst bijzondere kruisweg van hun vader Marinus Zwollo uit 1958. Inmiddels staat definitief vast dat deze zich bevindt in de Sankt Josefs katolska kyrka in Köping (Västeräs) te Zweden.
Laten we hopen dat dit artikel voldoende bereik heeft en gelezen wordt, zodat de mensen die aan het stuur zitten van het erfgoedbeleid in Nederland een nieuwe route kunnen plannen om te voorkomen dat dit Nederlands kerkelijk erfgoed ongeregistreerd over de wereld verspreid raakt.
Ben je actief op Facebook en wil je toegelaten worden tot de groep Nederlands religieus erfgoed, neem dan via Facebook contact op met een van de beheerders, Rob Kreukniet of Rob den Boer.
;-) B&M
Sociale media en erfgoed
Dit artikel kan geciteerd worden als: Hubar, Bernadette van Hellenberg, en Marij Coenen. ‘Nederlands Religieus Erfgoed op Facebook | Tussen foto’s en fragmenten. Deel 2’. Vitruvius, onafhankelijk vakblad voor erfgoedprofessionals 15, nr. 57 (2021): 14–23. http://bit.ly/3FRBppt-VanHH2Org
VanHellenbergHubar.Org zet sociale media in zowel om nieuws over kunst, cultuur & erfgoed te delen als om vragen te stellen en zo kennis te vergaren. Centraal hierin staat onze Facebookpagina: http://bit.ly/VanHHOrg2FB
Ga eens kijken en ‘like’ onze pagina, zodat de berichten over onderwerpen als de voorgaande een nog grotere actieradius bereiken!
Je kunt ons en andere onderzoekers ook helpen door deze pagina te delen via de knop delenonderaan de pagina (graag de hashtags #kennisuitwisseling #kerkelijkerfgoed #bescherming #rijksmonument gebruiken).
Verkorte link van dit item: http://bit.ly/3FRBppt-VanHH2Org
Om te printen, te delen of te mailen, klik hieronder op 'Delen'.
Wie is wie in de JCC? — Op deze pagina van het open atelier van de Joseph Cuypers Collectie introduceren we de spelers en figuranten in het levensverhaal van onze architect/kunstenaar/pater familias/netwerker/zoon van Pierre J.H. Cuypers et cetera. Denk eraan, dit is een groeidocument: omdat er voortdurend aan veranderd wordt, staan de noten in de hoofdtekst (hieronder) getalsmatig niet in volgorde, maar in de bronnenlijst wel.
Scroll naar beneden voor de inhoudsopgave van deze pagina!
Pierre J.J.M. Cuypers beschikte over een vliegbrevet, wat destijds tamelijk bijzonder was. Deze foto is gemaakt in 1939-1940, toen hij voorzitter was van de Amsterdamse Aeroclub. (GAR, JCC v.n. 202; VanHH.org fotonummer P1310611).10
Familie
Nota bene —Op alfabetische volgorde van voornaam en/of eerste voorletter.1
Charles J.A.G. Cuypers (1906-1985) (78 jaar)
Charles Joseph Adolphe Gérard Cuypers (30 november 1906-28 mei 1985) – in familiekring aangeduid als Charlot – was de jongste zoon van Joseph Cuypers en Delphine Cuypers-Povel. Hij volgde van 1925 tot 1932 een opleiding aan de ETH (Elektro Technische Hochschule) te Zürich tot werktuigbouwkundig ingenieur. Van die tijd zijn brieven bekend aan met name zijn moeder. In een ervan vertelt hij dat hij Berlage heeft ontmoet en een avond met hem in een kroeg door heeft gebracht. Berlage hield volgens hem niet op met zijn lofzang op Rusland en Moskou in het bijzonder.14
In 1934 trouwde hij met Emmy Kneepkens met wie hij – er was in de crisis nauwelijks werk te krijgen – in 1935 naar Marokko had willen emigreren, maar dat bleek minder perspectiefrijk dan verwacht. Nét vóór de Spaanse revolutie keerde het echtpaar via Spanje terug naar Roermond, waar in 1936 en 1937 de twee oudste kinderen werden geboren (Cyril in 1936, Melo(dia) in 1937). In 1938 verhuisde de familie naar Den Haag, op het Benoordenhout. Charlot werkte in die tijd op het departement van economische zaken en hield zich bezig met op houtgas gestookt vervoer (zijn afstudeerspecialisatie). In 1940 verliet hij het departement en ging werken voor een particulier bedrijf, Munninckhoff. Omdat Charlot het Benoordenhout in de oorlog te riskant vond, verhuisde hij met zijn gezin naar het Bezuidenhout.
Na een bezoek met zijn gezin aan zijn ouders in 1944 kon hij niet meer terug naar Den Haag als gevolg van spoorwegstaking (vanaf september 1944). Tijdens hun verblijf werd in maart 1945 bij het vergissingsbombardement op het Bezuidenhout hun huis weggebombardeerd. Samen met drie kinderen (Cyril van 8 jaar, Melodia van 7 jaar en Joos van 3 jaar) en de hoogbejaarde Joseph en Delphine waren Charlot en Emmy gedwongen de Tweede Wereldoorlog uit te zitten in de kelders van het Cuypershuis. Blijkens de stukken van de JCC verbleven daar ook architect Herman Reuser en zijn vrouw (aanvankelijk zaten ze met Joseph en Delphine op ’t Zwartbroek en daarna op de Maastrichterweg). Charlot hielp zijn vader in de nadagen van de oorlog om de familiekroniek te voltooien. Het ligt voor de hand dat Joseph hem daarom in 1945 tot ‘archivaris van onze stam’ benoemt.2
Ook na de bevrijding zou het nog een hele tijd duren eer Charlot en Emmy met hun kinderen terug konden naar Den Haag. Vandaar dat het jongste kind, de derde Pierre in de familie, in 1947 in Roermond, in het Cuypershuis, geboren is. Werk vinden in die tijd was evenmin eenvoudig. Charles heeft daarom in 1948-1949 Argentinië bezocht met – opnieuw – het oog op emigratie. Helaas bracht dat niet wat Emmy en hij ervan hadden gehoopt, dus keerde hij in 1949 terug naar zijn gezin in Nederland. Navrant genoeg heeft hij hierdoor noch bij het overlijden kunnen zijn van zijn moeder Delphine in 1948 als van zijn vader, 20 januari 1949. Terug in Nederland ging hij in Den Haag aan de slag in dienst van de Octrooiraad, terwijl de familie tot 1952 in Roermond bleef wonen. In het weekend pendelde hij naar Roermond in een jeep die uit de oorlog was overgebleven. In 1965 vertrok hij samen met Emmy naar Spanje, waar hij in 1985 overleed.2
Dit item is opgesteld met medewerking van de jongste zoon van Charlot, Pierre M. Cuypers.
Delphine Cuypers-Povel (23 maart 1868-17 oktober 1948) kan zeker betiteld worden als de belangrijkste persoon in het leven van Joseph Cuypers. Een aparte biografische pagina over deze markante vrouw is in wording. Om alvast een beeld van haar te krijgen verwijzen we hier naar enkele losse items:
De lezing die ze in 1925 hield voor de R.K. Vrouwenbond van Roermond op deze pagina (zoekterm lezing).
Hoe Joseph en Delphine op het einde van hun leven in Meerssen terecht kwamen, vind je op deze pagina (zoekcombinatie Bernadette Veltman).
Van Emmy (16 maart 1905-27 december 2007), de vrouw van Charlot, was tot dusver niet veel bekend. Zij was de dochter van het hoofd van de lagere school in Budel (?), Emmanuel Kneepkens. Dankzij Pierre M. Cuypers kon deze lacune in de kennis gedicht worden:
Mijn moeder is geboren op 16 maart 1905 te Budel waar haar vader hoofd der school was. De familie verhuisde in 1915 naar Swalmen, waar haar vader dezelfde functie kreeg. Haar moeder, Anna Doensen, was verloskundige, net als haar moeder en haar grootmoeder.
Ze kreeg verkering met Charlot ca. 1925. Tijdens een schaatspartij op de grachten rond kasteel Hillenraedt, kwam Emmy op het ijs ten val, waarbij ze een voortand verloor, die echter door een snelle actie (Charlot met auto) kon worden hersteld, waardoor blijvend letsel werd voorkomen.
Tijdens de studie van Charlot in Zürich verbleef ze frequent in Roermond bij Delphine Cuypers-Povel die haar (met groot succes) invoerde in de Franse keuken en taal, haar detacheerde bij gerenommeerde restaurants in België en Zwitserland en haar invoerde in de sociale geleding waarin zij de familie Cuypers en in elk geval de Povels achtte thuis te horen.
Haar oordeel over haar schoonouders is bepalend geweest voor het beeld dat deze later ook bij de nazaten zouden hebben.
Zoals hiervoor bij Charles werd verteld, verbleef het gezin met de drie kinderen (Cyril van 1936, Melodia van 1937 en Joos van 1942) vanaf de spoorwegstaking, september 1944, in Roermond in het huidige Cuypershuis. Uit de kladjes voor de brieven van Joseph aan Michel blijkt dat Emmy, Cyril en Melodia in de herfst van 1940 eveneens in Roermond bivakkeerden vanwege de gevaarlijke positie van Den Haag, maar dan nog in Roerzicht (GAR JCC v.n. 184).
In de Joseph Cuypers Collectie geven de brieven Van Emmy aan haar man en schoonouders een mooi beeld van het reilen en zeilen van de familie in de jaren na de bevrijding. De vertrouwelijke toon van de brieven tussen Delphine en Emmy roept een echo op van die tussen Nenny en Delphine een generatie eerder.13
Feico Pieter Glastra van Loon (1922-2013) (90 jaar)
De Rijksluchtvaartschool te Eelde is ontworpen door Feico P. Glastra van Loon, met medewerking van Bart van der Leck (1953-1957). In de geschiedenis is het ingegaan als een werk van Feico’s oom en medefirmant Pierre J.J.M. Cuypers die op die manier de werkwijze herhaalde van zijn vader Joseph Cuypers met hem en zijn grootvader Pierre J.H. Cuypers met Joseph Cuypers. Foto van voor de herbestemming en restauratie door Boei: Wutsje/Wikimedia Commons/CC-BY-SA, 2013.
Feico Pieter Glastra van Loon kwamen we tegen tussen de brieven aan Joseph Cuypers tijdens de oorlog. Er is niet veel van de jongste zoon van Marguérite Glastra van Loon-Cuypers bewaard gebleven, maar hij schrijft interessante en goed geformuleerde brieven aan zijn grootvader Joseph Cuypers over architectuur en stedenbouw. Feico was 17 jaar toen de oorlog begon. Uit een van de brieven blijkt dat hij in oktober 1942 studeerde in Delft, dus na de heropening van de Technische Hogeschool (TH) in 1941. In 1943 blijkt hij werkzaam te zijn in Amsterdam, bij zijn oom Pierre J.J.M.Cuypers, hoewel er nauwelijks werk was en de TH Delft formeel nog ‘open’ was. Kennelijk heeft Feico de loyaliteitsverklaring in 1943 niet willen tekenen. Weer een jaar later schrijft hij zijn grootvader over hervormingen aan de Leidse universiteit, waarover slechts ‘in beperkte kring’ gesproken mag worden. Joseph Cuypers blijkt voor hem een belangrijke gesprekspartner bij de ontwikkeling van zijn ideeën over hun vak. Uit de kanttekeningen van Joseph blijkt dat hij de brieven heeft beantwoord, maar waar deze respons gebleven is, is tot dusver niet achterhaald.16
Na de oorlog volgen enkele brieven van Feico vanuit Zürich, waar ook Charles Cuypers gestudeerd heeft. Een ervan betreft een boeiende filosofische brief, waarin hij refereert aan (Frank Lloyd) Wright en het verarmde Europa! Feico is positief over moderne zakelijkheid: wat dood is, moet je overboord gooien! Het oude moet vervangen worden door eigen symbolen. Zeer waarschijnlijk heeft Feico in Zürich zijn opleiding in de architectuur voltooid.16
Als architect is hij gaan werken bij zijn oom, Pierre J.J.M. Cuypers, bij wie hij nauwelijks zelfstandig naam heeft kunnen maken. Zijn ruim twintig jaar jongere neef, Pierre M. Cuypers (zoon van Charles), gaf door dat Feico de medefirmant was van het architectenbureau Cuypers en – wat je niet zou verwachten binnen de familie Cuypers – vrij streng gereformeerd was. Voor een kleinzoon die zo’n goede band had met Joseph Cuypers, mag dat hoogst opmerkelijk heten. Volgde hij met zijn geloof de voetsporen van zijn vaders familie? Hoe dat ook zij, zijn keuze komt tot uitdrukking in de in 1951 in eigen beheer uitgegeven publicatie A Protestant Church. Saillant genoeg zijn de enige stukken, die in het bedrijfsarchief op HNI met zekerheid van hem zijn, foto’s van de maquette van een protestantse kerk in Pianta (Italië).17
Een van de belangrijkste werken van Feico is de Rijksluchtvaartschool te Eelde (1953-1957), waar híj – volgens de familie – Bart van der Leck bij betrokken heeft. Dit project liep al vanaf 1948 en zal vrijwel zeer geïnitieerd zijn door Pierre J.J.M. Cuypers die als vliegenier contacten in deze wereld had. Hij heeft dan ook het auteurschap van dit werk op zijn naam staan. Zo herhaalt de geschiedenis zich in de werkverhouding van Pierre J.H. Cuypers met Joseph Cuypers, Joseph Cuypers met zijn zoon Pierre J.J.M. en de laatste met zijn neef Feico.18
Feico erfde de muzikaliteit van zijn moeder en via haar van zijn overgrootmoeder Nenny Cuypers-Alberdingk Thijm; hij speelde violoncello (cello).30
Aparte verkorte link voor deze paragraaf: http://bit.ly/37YtIxz-JCC
Bijgewerkt 3/10/22
Hubert (Angilbert) Cuypers (1873-1960) (86 jaar)
Wie onderzoek doet naar de architecten Cuypers, komt onvermijdelijk de componist-dirigent Hubert Cuypers (26 december 1873-22 februari 1960) tegen. Dat heb je met kerkenbouwers en kerkelijke componisten die tot elkaars generatie behoren. Ze staan zowaar gedrieën bij elkaar in de nationale wie-is-wie van 1937, Persoonlijkheden in het Koninkrijk der Nederlanden in woord en beeld: eerst Hubert die eigenlijk Angilbert heette, dan Joseph en tenslotte Pierre J.J.M. Cuypers.10 Wel of geen familie is dan de vraag. Hubert kwam uit Baexem, niet ver van Roermond, waar zijn vader organist en koster was. Hij werd opgeleid aan de kerkmuziekschool in Aken en vestigde zich daarna in Amsterdam. Hier werd hij dirigent van het koor van de Keizersgrachtkerk; tegelijkertijd zette hij zijn studie voort bij Bernard Zweers. Hubert Cuypers heeft een indrukwekkende staat van dienst en trad met grote regelmaat op in het Concertgebouw, onder met eigen werk. Er zijn jammer genoeg maar weinig uitvoeringen van zijn werk te vinden op Youtube. Alleen zijn Ave Maria en Transeamus usque Bethlehem zijn in zwang gebleven. Van de laatste is zelfs een uitvoering op Youtube van Ton Koopman en Herman van Veen. Kenners beschouwen zijn Missa in honorem Sanctissimae Trinitatis als een van zijn topwerken, maar die moet wachten op herwaardering.11
Voor meer informatie over de relatie met de architecten Cuypers laten we graag onze genealogische vraagbaak Pierre M. Cuypers aan het woord:
Hubert Cuypers was lang een genealogisch probleem. Mijn grootvader, Joseph, had het steeds over ‘zijn neef’, maar dat klopt natuurlijk niet en zal wel wat ruimer geïnterpreteerd moeten worden.
Totdat we Emmy Ralet-Cuypers ontmoetten. Zij bewoont een chateau bij Luik (Beyne-le-Chateau). Ze hebben/ zitten in/ beheren een farmaceutisch bedrijf en hij is consul voor Zuid Korea in België. Ze sponseren aankomende musici en laten die optreden in het kasteel, waarbij dan de ‘haute volée’ van Wallonië is geïnviteerd. […] Zij – la chatelaine Emmanuela Cuypers- is van origine lerares Frans en stamt af van Hubert Cuypers. In het Cuypersjaar meldde ze zich bij mij met de stellige mededeling dat wij verwant waren. Bij het bekijken van haar genealogie viel me op dat die een hoog Baexems kostersgehalte had. Maar omdat haar vader Petrus Josephus Hubertus Cuypers heette en – volgens Emmy- een petekind van Pierre [J.H.] was, moest er wel een verwantschap zijn. Ik kon alleen vinden dat ze van een tak afstammen ergens rond 1700, dus vier generaties vóór P.J.H. Cuypers. Stammen wij af van Herman Cuypers’ en Christina Cloudt’s zoon Jacobus (1699-1756), zij stamt af van zoon Arnoldus (*1709). Allemaal erg ver terug; het blijft dus raadselachtig.
Hubert (Angilbert) Cuypers was een oudoom van Emmy Ralet-Cuypers.12
Katy (Kathy, Katrien, Katrina) (Catharina Wilhelmina Maria) Cuypers (26 augustus 1866-26 mei 1934) (67 jaar)
Marguérite M.D.A. Glastra van Loon-Cuypers (21 oktober 1896-19 augustus 1986) (89 jaar)
Marguérite Maria Delphine Antoinette Cuypers (1896-1986) via MyHeritage.28
Marguérite was de oudste dochter van Joseph Cuypers en Delphine Cuypers-Povel. Of zij naar een van de standaard katholieke meisjesscholen is geweest, zoals die van de Ursulinen, is tot dusver niet bekend. Dankzij een brief van Joseph Cuypers weten we dat ze door haar ouders voor haar talen op 16-jarige leeftijd naar een katholiek gezin in Bonn (Duitsland) is gestuurd en op 18-jarige leeftijd naar de nichtjes Povel in Surrey (Engeland). Parijs voor haar beheersing van de Franse taal bleek door het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog niet meer haalbaar. Die lacune werd opgelost door Marguérite eind 1916 naar Zwitserland te sturen. Als gevolg van de confrontatie met zwaar gewonde geïnterneerde militairen in Genève besloot Marguérite met twaalf andere Nederlandse vrouwen naar Frankrijk te gaan als verpleegster: ze werkte in Nimes, Rogat en Besançon. In 1917 kwam ze met groot verlof via Parijs en Londen terug naar huis. Daar stroomden inmiddels ook zwaargewonde Duitsers en Engelsen binnen. De dochter van Victor de Stuers, Alice, stelde Marguérite voor aan de Engelse vrouw, miss Vullliamy (?), die de verzorging van haar landgenoten in Nederland organiseerde. Van haar kreeg ze eind 1917 het verzoek: ‘Kom naar Scheveningen. Binnen 14 dagen moet een hospitaal voor ± 30 zieken geheel ingericht zijn. Wil mij helpen’. Zo kwam ze begin 1918 terecht bij een kliniek voor zwaargewonde Engelse krijgsgevangenen in Scheveningen (Den Haag). Deze stond onder leiding van dokter Feico Herman Glastra van Loon (1886-1971) met wie ze in 1919 trouwde.22 Het echtpaar vertrok eind 1919 naar Indonesië – toen formeel nog Nederlandsch Indié geheten – waar Glastra van Loon eerder al (tot 1917) werkzaam was bij de bestrijding van de pest. Hier werden hun drie kinderen geboren: 1920 (Jan), 1922 (Feico Pieter) en 1926 (Ine), alle drie in Batavia.23
De beginjaren van het huwelijk zijn afgaande op de schaarse berichten niet slecht geweest. In 1921 schrijft Delphine aan Joseph dat Marguérite haar heeft geschreven over ‘le succès du congres’; mogelijk betreft dit iets wat Feico – al dan niet met haar hulp – georganiseerd heeft. Uiteindelijk heeft Marguérite in Indonesië geen gelukkig leven met Feico gehad, zoals onder meer blijkt uit enkele (concept)brieven van Delphine.24 Op een bepaald moment – eind jaren twintig, begin jaren dertig – heeft ze haar man verlaten. Afgaande op de familieverhalen denkt Pierre M. Cuypers dat zijn tante zo’n tien jaar van Feico Glastra van Loon gescheiden is geweest. Daarna zijn ze ‘voor de kinderen’ toch weer bij elkaar gekomen. Om welke periode het precies gaat is moeilijk aan te geven. Vast staat dat Marguérite in die tijd onder meer in Genève was, waar de moeder van Pierre M., Emmy Kneepkens, optrad als een soort nanny voor de kinderen. Dat moet voor het huwelijk van Emmy en Charles zijn geweest, dus voor 1 september 1934. Op basis van het onderstaande komen we uit op 1928.
Joseph Cuypers plaatste op zijn conceptbrief van 1918 de volgende aantekening: ‘Marguerite is getrouwd op 30 april 1919. Woont te Groningen, Helpman. ‘s-Gravenhage. Batavia. Naarden Bussum en Huizen tot najaar 1938. October. Samenkomst familie 22/23 Oct. Bankastraat 143’.22 Uit de correspondentie met haar ouders blijkt dat Marguérite tijdens de Tweede Wereldoorlog in Den Haag woonde. Het bevolkingsregister online op het gemeentearchief van Den Haag (1913-1939) toont spijtig genoeg niet alle gegevens, maar wel dat het gezin van Marguérite en Feico hier uiterlijk in 1939 woonde; alledrie de kinderen worden genoemd, waarvan de oudste toen 18 of 19 was en de jongste 12 of 13 jaar. Dat dit op de Bankastraat was, is bevestigd door Pierre M. Cuypers. Uit deze gecombineerde gegevens zou je voorzichtig kunnen concluderen dat Marguérite en Feico in 1938 weer bij elkaar zijn gekomen.25
Voor de familiekroniek had Joseph Cuypers in 1946 het volgende lijstje klaarliggen met betrekking tot Marguerite en Feico.22 Opvallende genoeg wordt de tienjarige scheiding daaruit gelaten:
na het huwelijk in april 1919 is het echtpaar gaan wonen in het dorpje Helpman bij Groningen, ‘bij ingenieur Wijs’. Frappant genoeg was tussen Groningen en Helpman (bij het Helperdiep) tot 1 januari 1919 een interneringskamp gevestigd geweest, bekend als het Engelse kamp. Waar Feico precies werkzaam is geweest is niet duidelijk. In datzelfde jaar vindt zijn promotie (in de psychiatrie?) plaats te Amsterdam.29
in december 1919 reizen Feico en Marguérite via Frankrijk naar Batavia, waar hij als arts en docent (STO.J.A.?) werkzaam is.
er is sprake van een verlof in 1923-1924 in Den Haag, waarna het gezin met toen nog twee kinderen tot 1927 terugkeert naar Batavia.
daarna ontbreken de gegevens, maar zoals hiervoor is gereconstrueerd, is het echtpaar zeer waarschijnlijk in 1928 uit elkaar gegaan.
In de jaren dat Marguérite zonder Feico leefde, heeft ze kennelijk op verschillende plaatsen in het Gooi gewoond tot op het moment dat in Den Haag de verzoening plaatsvond.29 Verder onderzoek in de bevolkingsregisters staat op het programma!
Pierre M. Cuypers vertelt dat Marguérite erg muzikaal was en viool speelde. Dit rijmt met het verhaal van Joseph dat ze – voor ze naar Zwitserland vertrok – ‘met vrienden de krijgsgevangenen Nederl. kampen met muziek verzet’ bood. Ze schijnt zelfs een fonds voor aankomende violisten opgezet te hebben. Haar zoon Feico speelde violoncello.26
Marguérite is de moeder van verzetsman, hoogleraar, D66 voorman en staatssecretaris van justitie Jan Glastra van Loon (1920-2001), van architect Feico Glastra van Loon (1922-2013) en via deze de grootmoeder van schrijver Karel Glastra van Loon (1962-2005). Haar dochter Ine (Delphine) de Mol van Otterloo (1926-2016) was fysiotherapeut.27
Bronnen
22) Deze bibliografische gegevens zijn ontleend aan GAR JCC v.n. 90, conceptbrief van Joseph Cuypers aan pater Herman Ermann sj, d.d. 20 mei 1918. Zie ook GAR JCC v.n. 134, Kroniek van de familie Cuypers-Povel, opgemaakt door Joseph Cuypers, deel 2.
23) Mail van Pierre M. Cuypers d.d. 19 aug 2021. Zie de vorige noot.
24) Zie de vorige noot. Voorts GAR, JCC, v.n. 90 (brief Delphine d.d. 28/9/1921, fotonummers IMG_3865.JPG, IMG_3866.JPG). Voorts v.n. 196 Stukken met betrekking tot de kroniek.
25) Zie noot 22. Het adres Bankastraat in Den Haag komt ook voor in de correspondentie met Marguérite (precieze nummers en data opzoeken). De brief uit 1943 bevindt zich in GAR JCC v.n. 175. Gemeentearchief Den Haag, invent.nr. 575, toegangsnummer 0354-01.575, Bevolkingsregister (1913-1939), 0354-01.575: de betreffende scan is niet zichtbaar, omdat bij het Haagse archief niet bekend is of al de vermelde personen zijn overleden. Zie de mail van Pierre M. Cuypers, noot 23: ‘Ze woonden inderdaad in de Bankastraat, want ik ben daar met mijn ouders nog op bezoek geweest (50-er jaren)’. Het gezin van Charles en Emmy, waarvan Pierre M. het jongste kind is, woonde eveneens in Den Haag.
26) Zie noot 22. Voor Feico en de violoncello zie GAR JCC v.n. 203, brieven aan zijn grootvader Joseph Cuypers over architectuur en stedenbouw.
27) Voor Jan Glastra van Loon zie het lemma op Wikipedia. Idem voor Karel Glastra van Loon. Over de jongste dochter, Delphine M. Glastra van Loon, gaat dit artikel: Welgraven, Co. ‘Sterke fysiotherapeute met levenslange missie’. Trouw, 24 oktober 2016. bit.ly/2z7LL4t-JCC. Het laat mooi zien hoe legendevorming binnen de familie tot stand kwam: Ine vertelt dat haar ouders elkaar aan het front hebben leren kennen, wat dus gelet op de conceptbrief van Joseph (zie noot 22) niet het geval was.
28) De genealogische gegevens op deze pagina zijn ontleend aan: Pierre M. Cuypers, ‘CUYPERS – MyHeritage’.
29) Voor het Engelse kamp zie het betreffende lemma op Wikipedia. Idem wat betreft het Helperdiep. Zie voorts noot 22.
Deze paragraaf kan apart geciteerd worden als: Hubar, Bernadette van Hellenberg. ‘Marguérite M.D.A. Glastra van Loon-Cuypers (1896-1986) | Wie is wie in de JCC (Joseph Cuypers Collectie)’. Onder redactie van Marij Coenen. VanHellenbergHubar.org, 2021. https://bit.ly/3jhHDXo-JCC.
Aparte verkorte link voor deze paragraaf: https://bit.ly/3jhHDXo-JCC
Nenny (Antoinette Catherine Thérèse) Cuypers-Alberdingk Thijm (15 maart 1829-7 januari 1898) (68 jaar)
Paulus Franciscus Maria Jozef Versteegh (29 augustus 1895, Besuki, Indonesië-25 januari 1971, Rotterdam)
Paulus of Paul Versteegh was het voogdijkind van Joseph Cuypers, zoon van een van zijn oudste en beste vrienden, Paul (Jean Paul Ernest) Versteegh (Pasuruan, Indonesië, 7 oktober 1858-Den Haag, 14 november 1901). Na zijn studietijd in Delft keerde Paul (J.P.E.) terug naar ‘Nederlandsch Indië’, waar hij werkzaam was in de opiumregie. Joseph Cuypers kende hem al vanaf hun HBS-tijd op Rolduc (GAR, JCC v.n. 208) en zou na diens dood samen met Delphine de opvoeding ter hand nemen van diens zoon (GAR JCC v.n. 156): Paulus Franciscus Maria Jozef Versteegh (29 augustus 1895, Besuki, Indonesië-25 januari 1971, Rotterdam). Zijn moeder was een inlandse vrouw, waarvan alleen de voornaam bekend is: Minah. Blijkens de gezinskaart van Joseph Cuypers in Amsterdam werd Paulus Versteegh opgevat als ‘bezoek’. De zes jaar oude jongen kwam na de dood van zijn vader alleen uit ‘Oost Indië’ over en wordt 15/?/02 ingeschreven op de gezinskaart. Op 25 september 1902 vertrekt hij naar Roermond met als bestemming ‘pensionaat St. Louis’.20 Paul was maar een paar jaar jonger dan Pierre J.J.M. en Michel, dus mogelijk paste de jongen niet in de toenmalige gezinsverhoudingen of werd het als deel van zijn opvoeding opgevat om hem bij de broeders van Maastricht (vestiging Roermond) op kostschool te doen. Ook zijn vader was op jeudige leeftijd naar kostschool gestuurd, en wel naar Rolduc, waar hij Josep Cuypers leerde kennen.
Bij de condoleances na het overlijden van Joseph Cuypers zit onder meer een brief van de tweede ex-vrouw van Paul Versteegh, E. Versteegh-Vennik. Daaruit komt een beeld naar voren van iemand die zich ontwikkeld heeft tot een weinig stabiele, onrustige persoonlijkheid. De situatie waarin hij zich bevond, doet erg denken de aflevering van Verborgen Verleden met als gast Georgina Verbaan.
In het dossier over de voogdij bevindt zich overigens een prachtige necrologie van Joseph Cuypers over Paul Versteegh senior.20
Pierre J.J.M. Cuypers (1891-1982) (90 jaar)
Pierre J.J.M. Cuypers (11 juli 1891-3 april 1982) is de oudste zoon van Joseph Cuypers en Delphine Cuypers-Povel. Op het moment dat hij in Delft bouwkunde aan de Technische Hogeschool wilde studeren brak de Groote oorlog/Eerste Wereldoorlog uit (1914) en werd Nederland gemobiliseerd. Pierre heeft vier jaar in het leger gezeten en toen hij gedemobiliseerd werd, was het moment om te studeren voorbij. Een groot deel van het familiekapitaal was verdampt (Russische Revolutie, nationalisatie Russische Staatsspoorwegen), hij was getrouwd – met Jopie van der Crab – en moest dus ook in zijn inkomen voorzien. Uit het huwelijk van Pierre en Jopie werd één kind geboren: Adriana Margaretha Cuypers 22 maart 1922-8 juni 2016, in de familie Margrietje genoemd. Uit enkele stukken in de JCC kan opgemaakt worden dat Jopie zeer waarschijnlijk is overleden aan tbc. Pierre J.J.M. hertrouwde later met Mieke (Margaretha) de Vries.19
In de familiekroniek die Joseph Cuypers bijhield zit een kladje met daarop de aantekening: ‘Bureau verhuisd naar Vondelstr. (met potlood ingevoegd 79) na Wapenstilstand 1918, terwijl Pierre daarin trekt en weldra Jan Six daar[onder?] komt wonen’. Uit een aanvaring tussen vader en zoon in 1932 blijkt dat de associatie tussen Joseph en Pierre nooit geformaliseerd is. Pierre heeft ook nog samengewerkt met Dom Bellot en een eigen bedrijf erop nagehouden. Na de Tweede Wereldoorlog heeft hij ‘Architectuur’, zoals deze bedrijfstak in de familie heette, onder de oude naam van Joseph Cuypers en Pierre Cuypers voortgezet, waarbij onder meer zijn neef Feico Glastra van Loon, zoon van zijn zus Marguerite, ingeschakeld werd.3
In de hiervoor genoemde Persoonlijkheden in het Koninkrijk der Nederlanden in woord en beeld (1937) staan niet alleen gegevens over de (voor)opleiding van Pierre J.J.M. en zijn loopbaan als officier en architect, maar ook over zijn activiteiten als wereldreiziger en vliegenier. Op 1 oktober 1968 ontving hij – 77 jaar oud – als ‘oudste Nederlander met een geldig vliegbrevet’ op Schiphol de nieuwe luchtvaartzegels die op die dag waren verschenen (ANP). 10
Rosa (Felicitas Catharina Rosalia) Cuypers (1852-1936) (83 jaar)
De familie Cuypers in het groen. Het Cuypershuis suggereert dat deze foto bij Cuypers’ 80ste verjaardag is gemaakt (1908), maar het kan om willekeurig welke familiebijeenkomst na 1900 gaan. Een aardige indicatie is de aanwezigheid van Eduard Alberdingk Thijm, de man van Rosa die in de verte bij de oude Cuypers staat. Hij overleed 60 jaar oud op 19 juni 1911. Zijn vrouw zit naast Delphine Cuypers-Povel (uiterst rechts van de boom in het midden). De setting is niet duidelijk, maar kan heel goed in de tuin bij het Cuypershuis zijn die tot de Frans Douvenstraat doorliep. Daar lag een gemengde landschappelijke tuin naar ontwerp van Henri Copijn en/of Joseph Cuypers.4 Heeft men een beroepsfotograaf ingehuurd of bediende iemand van het gezelschap de camera? Op de site van het Cuypershuis staat een genummerde versie met de mogelijke namen van de aanwezigen. Herkomst Cuypershuis Roermond, nr 6509.
Rosa (10 april 1852-14 maart 1936) is de oudste dochter uit het eerste huwelijk van Pierre J.H. Cuypers met de liefde van zijn Antwerpse academiejaren, Rosalie de Vin. De meest recente stand van zaken over haar is te vinden in de Cuypersbiografie (2007) van Wies van leeuwen.5 Haar moeder en zusje stierven met een paar maanden verschil in 1855. De eerste jaren is Rosa verzorgd door haar tante, een zus van Rosa die gehoopt had haar plaats in te nemen. Toen Cuypers Nenny Alberdingk Thijm leerde kennen en met haar verder wilde, werd dit een van de struikelblokken voor haar broer en zijn beste vriend Joseph die hij als hoofd van de familie om toestemming verzocht. Zijn schoonzus keert na de verloving van Pierre en Nenny (1858) terug naar Antwerpen; het contact met de familie van de Vin zal hierna geleidelijk uitdoven. Na het huwelijk (3 maart 1859) nam Nenny de opvoeding van ‘Roosje’ ter hand, wat zeker in het begin niet eenvoudig bleek te zijn. In 1862 vertrekt Rosa naar het pensionaat Jeruzalem van de Ursulinen in Venray, aan welk complex Cuypers zijn hele loopbaan gewerkt heeft door steeds verdere uitbreidingen. Deze staalkaart van zijn oeuvre ging in de Tweede Wereldoorlog verloren.
In de JCC is met name v.n. 198 een belangrijke bron van informatie over Rosa. Hierin zit een selectie van brieven van Nenny aan haar stiefdochter, vanaf de kostschooltijd (te beginnen met 4 maart 1863) tot haar huwelijksreis met Eduard Alberdingk Thijm in oktober 1876. Vader Pierre maakte deze selectie voor zijn neef Jan Alberdingk Thijm, om te verwerken in het album In Memoriam – Antoinette Cathérine Thérèse Cuypers-Alberdingk Thijm.6 Uit de brieven blijkt dat Nenny haar best doet om haar stiefdochter te bereiken, maar dat die – hoewel niet echt onhartelijk – gesloten en afstandelijk is. Toen Nenny in het gezin trad was Rosa bijna 7 jaar oud; ze was vanaf de dood van haar moeder op driejarige leeftijd verzorgd door haar tante die als het ware verjaagd werd door de tweede vrouw van haar vader. Alle ingrediënten voor een moeizame relatie waren aanwezig.
Zoals hiervoor aangegeven trouwde Rosa in in de familie Alberdingk Thijm door haar huwelijk met Eduard, een neef van Nenny. Zijn zus, Louise, trouwde met Frans Stoltzenberg junior (1838-1909), de zoon van de vennoot van Cuypers. Dit verklaart waarom Rosa en Eduard er alles aan gedaan hebben om te voorkomen dat de vennootschap Cuypers & Stoltzenberg werd ontbonden. Door het faillissement van Frans Stoltzenberg zijn zowel de oude Cuypers als Eduard veel geld kwijtgeraakt. De verhouding met zijn zwager Joseph was en bleef goed tot het einde van zijn leven (1911). Door het gechicaneer van vader Pierre in de aanloop naar en tijdens de Eerste Wereldoorlog, verslechterde de relatie tussen Joseph aan de ene kant en Rosa en zijn jongste zus Annie aan de andere. Na het overlijden van hun vader is het niet Joseph die de erfenis afhandelt, maar zijn zoon Pierre (inmiddels 29 jaar oud). Joseph is duidelijk klaar met deze twee zussen en opent zelfs de envelop niet waarin de kwitanties zitten met betrekking tot de erfenis.7
Yvonne M.T. Cuypers (1899-1980) (80 jaar)
Yvonne Marie Thérèse Cuypers (5 april 1899-7 maart 1980) was de jongste dochter van Joseph Cuypers en Delphine Cuypers-Povel. Ze was een gevoelige persoonlijkheid met belangstelling en aanleg voor kunst. In 1914 gaat ze volgens de familiekroniek van Joseph Cuypers naar ‘de Teekenschool voor meisjes’. Op het eerder genoemde kladje staat bij 1915: ‘Yvonne te Haarlem en Vogelenzang School (met potlood toegevoegd) Kunst Nijverheidsch.’. Van dat jaar is een schetsboek van Yvonne bewaard gebleven. Verder vermeldt Joseph in 1920; ‘… en studeert Yvonne […] bij Cornelie van Zanten en Tilly Koenen’. Een meer compleet beeld van haar wederwaardigheden komt naar voren uit de brief die Joseph Cuypers in 1923 (?) aan dr F. Allmann in Duitsland schrijft, die Yvonne zal behandelen.
Uiteindelijk kiest ze voor een toekomst als religieuze, maar na het zware noviciaat bij de zusters Clarissen-Capucinessen in Amsterdam (1922-1923?) belandt ze in een heftige mentale crisis. Naar het zich laat aanzien is ze daar nooit echt overheen gekomen, ook niet na de behandeling door dr. Allmann. Ze bleef levenslang het zorgenkind van haar ouders. Vanaf vermoedelijk de late jaren ’30 woont Yvonne in bij de franciscanessen in Mariënwaard (Maastricht). Na de dood van haar moeder schrijft Marguerite aan Charles – die dan in Argentinië zit, dat Yvonne vermoedelijk onder invloed van overgangsjaren zeer lastig en onberekenbaar is geworden. Ze kan niet bij de zusters blijven. Het is Marguerites man, Feico Glastra van Loon, gelukt om een plaats voor haar in Santpoort te krijgen, zodat ze deskundige medische verzorging kan krijgen.8
Namen en jaartallen
Vooruitlopend op de ‘wie is wie’ worden de dramatis personae hier alvast in het kort opgevoerd.
Familie Cuypers, Thijm en Povel (op alfabetische volgorde van voornaam/eerste voorletter)
Alphons Johannes Maria Diepenbrock (2 september 1862 – 5 april 1921) (58 jaar)
Het project komt verder met grote regelmaat aan de orde op onze Facebookpagina: http://bit.ly/VanHHOrg2FB
Ga eens kijken en ‘like’ de pagina, zodat de berichten over Joseph Cuypers en dit project een nog grotere actieradius bereiken!
;-) B&M
Bronnen &
De verkorte titels verwijzen naar de bibliografie van de JCC! Omdat de voorliggende pagina een groeidocument is, waar voortdurend aan veranderd wordt, staan de noten in de hoofdtekst (hierboven) getalsmatig niet in volgorde, maar in het overzicht hieronder wel.
De Joseph Cuypers Collectie wordt geïnventariseerd in opdracht van het gemeentearchief van Roermond (GAR).
De genealogische gegevens op deze pagina zijn ontleend aan: Pierre M. Cuypers, ‘CUYPERS – MyHeritage’.
GAR JCC v.n. 83, 96, 162-164; Prikbord met nota bene’s (zoektermen Charles en/of Emmy). Voor Herman Reuser zie GAR JCC v.n. 179 en het lemma over de AKKV op Wikipedia. Zie het lemma op Wikipedia voor het bombardement op het Bezuidenhout, waarbij ook een kerk van Nicolaas Molenaar senior, met een uitmonstering van Joseph en Pierre J.J.M. Cuypers verloren ging. Ook de muurschilderingen en de glazen van Antoon Molkenboer werden vernietigd (Hubar e.a., De genade van de steiger, pp. 118; 339; voorts Reliwiki). Het verhaal over Marokko is afkomstig van Pierre M. Cuypers.
GAR JCC v.n. 127, 133. Aardweg e.a., Persoonlijkheden in het Koninkrijk der Nederlanden in woord en beeld, zoekterm Cuypers.
Zie Hubar, Rien de pareil, deel 2 (zoekterm Copijn): er lag een enorme beboste tuin achter het Cuypershuis, zoals uit de afgebeelde luchtfoto uit 1933 blijkt.
Van Leeuwen, Pierre Cuypers, architect, pp. 13-15; 21-28; 282, 285-286, 325.
GAR JCC v.n. 198. Pierre J.H. Cuypers, In Memoriam – Antoinette Cathérine Thérèse Cuypers-Alberdingk Thijm. Zie hierover het item in Varia deel 2 van de JCC (zoekterm Nenny).
GAR JCC v.n. 88, 99, 182, 198. Voor de kwestie Stoltzenberg zie Hubar, Rien de pareil, deel 1 (zoekcombinatie: Buddenbrooks revisited) en Prikbord met nota bene’s (zoekterm Stoltzenberg).
Zie onder meer GAR JCC v.n. 97, brief van Thomas Kwakman d.d. 29/10/1924); hierin bevindt zich ook een brief van Joseph Cuypers aan een Duitse psychiater, dr. Allmann (1923). Voorts deel 1 van de familiekroniek in GAR JCC v.n. 133. Het schetsboek bevindt zich in GAR JCC v.n. 29. Ook Yvonne’s broer Michel refereert in een brief aan de artistieke aanleg van Yvonne (GAR JCC v.n. 79). Mariënwaard: GAR, JCC, v.n. 96, brief van Delphine aan Charles, circa 7-11 augustus 1948. De brief van Marguerite aan Charles bevindt zich in GAR JCC v.n. 96.
Voor deze site hanteren we de Creative Commons licentie, gespecificeerd onder deze link: http://bit.ly/Copyright-CC-BY-NC-SA-4-0. Dus geen commercieel gebruik en absoluut naamsvermelding, zoals geldt voor al onze teksten en foto’s op onze sites. Hiertoe rekenen we ook onze pagina’s op Facebook en Blogger. Voor de goede orde, alles wat ten dienste komt van kennisverspreiding, beheer en behoud van erfgoed zonderen we uit van commercieel gebruik.
Jaartallen en Amsterdamse Aeroclub staan op de achterzijde van de foto aangegeven. Voor deze hobby van Pierre J.J.M. Cuypers zie Aardweg e.a., Persoonlijkheden in het Koninkrijk der Nederlanden in woord en beeld, zoekterm Cuypers. Met dank aan Stephan van Rijt voor het opsporen van de foto van de luchtvaartzegels: Geheugen van Nederland, ANP Foundation.
Kramer, Thijs. “Hubert Cuypers (1873-1960). Missa in honorem Sanctissimae Trinitatis Op. 5”. Vocaalensemblefioretto.nl, z.j. http://bit.ly/2lbAxYE-JCC. Voor de algemene gegevens over Hubert Cuypers zie noot 10 en het lemma op Wikipedia.
Mail van Pierre M. Cuypers aan VanHH.org d.d. 13/6/2019.
GAR JCC v.n. 96, 164 (Emmy) en GAR JCC v.n. 92 (Delphine).
GAR JCC v.n. 96. Heijden, Marien van der. “BERLAGE, Hendrik Petrus | BWSA”. BWSA | Biografisch Woordenboek van het Socialisme en de Arbeidersbeweging in Nederland, 1995-2003. http://bit.ly/2LxeM1E-JCC.
Mondelinge overleveringen zijn in principe net zo betrouwbaar als – geschreven – archiefstukken, maar beide type bronnen dienen geïnterpreteerd te worden volgens wetenschappelijke uitgangspunten (oral history). Bij oral history en geschreven ego-documenten moet onder meer rekening gehouden worden met de verhalende kracht van het geheugen en ons brein, zoals beschreven Visser, ’75 jaar oorlogsherinneringen’ en Mieras, Ben ik dat?, p. 357.
GAR JCC v.n. 203.
Glastra van Loon, Feico P. A Protestant Church. (in eigen beheer), 1951. http://bit.ly/2LdR8p0-JCC (moet nog opgespoord worden!). Glastra van Loon, Feico P., en HNI/Nai. “CUYPf2382 Protestantse kerk”. Cuypers, P.J.H. , J.Th.J. & P.J.J.M / Archief. Zoeken.hetnieuweinstituut.nl, z.j. bit.ly/35N2iZA-JCC.
Glastra van Loon, Feico P., Pierre (JJ.M.) Cuypers, en HNI/Nai. “CUBA.110383242 Rijksluchtvaartschool in Eelde”. Bureau Cuypers/ Archief. Zoeken.hetnieuweinstituut.nl, 1948 1956. bit.ly/37VGk8L-JCC. Pierre M. Cuypers verwijst naar de weduwe Van Feico, Adri Glastra van Loon-Voorhoeve, die nog leeft en een belangrijke bron van informatie is.
Voor de lotgevallen van Pierre J.J.M. zie de tweedelige familiekroniek GAR JCC v.n.v.n. 133-134. Voor Jopie van der Crab (1894-1929), haar dochter Margriet (Adriana Margaretha) Dons-Cuypers (1922-2016) en de tweede vrouw van Pierre J.J.M. Cuypers, Mieke (Margaretha) Cuypers-de Vries (1919-1991) zie voorts GAR JCC v.n. 202.
GAR JCC, v.n. 179, 140, 142, 156, 208. Bevolkingsregister Gezinskaarten: NL-SAA-2118784. “Joseph Th.J. Cuypers (Cuijpers) en gezin”. Archiefbank Gemeente Amsterdam Stadsarchief, 1889-1921. http://bit.ly/2nJKjmE-JCC. Vennik, E. E. “Paulus Franciscus Maria Jozef Versteegh (1895-1971) » Stamboom Vennik » Genealogie Online”. Genealogie Online, z.j. bit.ly/2BHRNKJ-JCC (nog toevoegen aan bibliografie).
Deze pagina kan geciteerd worden als Hubar, Bernadette van Hellenberg. ‘Wie is wie in de JCC (Joseph Cuypers Collectie)’. VanHellenbergHubar.org (blog), 2019-2022. www.VanHH.org/?p=14763.
Verkorte titel: Hubar, ‘Wie is wie in de JCC | VanHH.Org (2019-2022)’
Deze pagina is in oktober 2022 bijgewerkt! Verkorte links van dit item: http://bit.ly/2XOboBF | VanHH.org/?p=14763
…
Tegen elkaar aangeschurkt op de kade
pand na pand divers in toon
als kleurige helklinkende ijzeren
plaatjes
op de kinderxylofoon
flikkerend bij iedere oogopslag
Dwalend van stoep naar stoep
gaat een bonte pijper
tingelend over de klinkers
een stoet van kleuren achter hem aan
wij in hun kielzog mee
ons oog betoverd door roze
en rood, okergeel en groen
en beige, citroengeel en blauw
geplukt uit de regenboog
Hier kersvers gesausd
op nieuwe pleisterlagen
met scherpe haakse hoeken
Daar gedempt door verwering
bladderende plekken
vocht en regenslag
met suggestieve vegen vervuiling
als expressionistische toets
Vreedzaam naast elkaar
in Caribische coëxistentie
Rond de evenaar
valt de korte schemer
ebt het kleurgetijde weg
de pijper sluit de avondpoort
vereffent de balans in blauwdonkergrijsgroenzwart
…
______________________________
Kleurenvanger —Het gedicht ‘Kleurenvanger’ komt uit E kas blau | Het blauwe huis, de bundel die ik schreef bij mijn eerste bezoek aan Curaçao in 2011.* Vandaag krijgt het een aparte plekje in het kader van het initiatief Gedicht op maandag | #Gom. In de achtergrondverhalen van de bundel staat de volgende toelichting:
Ik ben gek op kleur en heb van – historische – architectuur mijn beroep gemaakt. Dat zie je weerspiegeld in de Kleurenvanger en Vogelvlucht vanuit de toren. Wie door Punda en Otrabanda heeft gewandeld zal zich, net als wij, op sleeptouw hebben gevoeld van een kleurenvanger die bij iedere oogopslag de blik met een nieuwe tint weet te bekoren. Eenmaal dit thema van de rattenvanger gekozen, kon het uitgerold worden tot op het moment waarop de bergdeur achter de kinderen gesloten wordt. Hier worden ze gelukkig iedere dag bij zonsopgang weer uit hun gevangenis verlost. Het lef waarmee het palet is samengesteld doet erg denken aan de natuurlijke orde: nergens immers is de polychromie zo onbeschaamd uitbundig en gevarieerd als bij bloemen die in een volstrekte willekeur worden gegroepeerd en nooit vloeken (dat is ook de reden waarom ik zo dol ben op natuurgebieden met een rijke wilde flora). Is dat kleurgevoel antropologisch bepaald? Wie zal het zeggen. De anekdote dat een gezagsdrager het wit te pijnlijk voor zijn ogen vond, kan historisch kloppen, maar lijkt me toch wat banaal.
Zoals bekend staat een groot deel van Curaçao, waaronder de kleurige gebouwen, op de werelderfgoedlijst. Hoe paradoxaal dat ook klinkt, het gevaar daarvan is overkill dat ook in Nederland bij iedere restauratie dreigt. Waarschijnlijk zal het in een tropisch klimaat nog moeilijker zijn om het midden te vinden tussen verantwoord onderhoud en vernieuwing, maar ook de toegevoegde waarde van het patin, de verwering van de tijd behoort tot de cultuurhistorische kwaliteiten die beschermd moeten worden. In die zin popte het idee van de Caribische coëxistentie op: het zou spannend zijn om naast de strakke, gloednieuw ogende panden de schoonheid van de verwering een kans te geven. Te zoeken naar een manier van consolidatie die uiterst basaal is. Over meer scenario’s te beschikken dan alleen het herstel in nieuwe luister.
Postscriptum —Zeven jaar later en een paar boeken verder is mijn fascinatie voor kleur alleen maar verder verdiept, wat overigens niet minder geldt voor de mate waarin patin of patina me boeit. Op dit punt heeft vooral het onderzoek naar de nieuwe Bavo me veel gebracht. De al eerder aangetroffen associatie van de polychromie van Cuypers senior met de kosmische kleurenleer van Goethe – die minstens zo sterk, zo niet sterker voor zijn zoon Joseph gold – heb ik verder uit kunnen diepen. Hoewel een directe relatie tussen dit werk en de kleurtoepassing van vader en zoon Cuypers – nog – niet vaststaat, zijn de aanwijzingen heel sterk.* Met name de kleurenschema’s in de nieuwe Bavo lijken er het resultaat van te zijn.*
Wat betreft de omgang met patina doet zich in Nederland een ware richtingenstrijd voor, omdat het moeilijk blijkt om eenduidig te bepalen waar patina eindigt en vervuiling begint. Bij die gebouwen waar architecten materiaalpolychromie toegepast hebben als esthetische kunstgreep – zoals bij de nieuwe Bavo is gebeurd – dient ervoor gewaakt te worden dat de kleuren verdwijnen als gevolg van het nivellerende effect van de grauwsluier van vervuiling. Wat overigens heel interessant is, is dat Joseph Cuypers met zijn ontwerp anticipeerde op de ‘atmosferische’ werking van de tijd; niet alleen buiten, maar zelfs binnen, ín het gebouw. Naar dit fenomeen is in Nederland verder geen onderzoek gedaan, wat benadrukt dat in ieder geval gekeken moet worden naar de intenties van de architect bij de besluitvorming rond de aanpak van patina/vervuiling. Het onderdeel van de waardenstelling dat ik daarover geschreven heb, is vanwege de omvang buiten het boek over de nieuwe Bavo gebleven. Het blijft op de plank liggen tot de tijd rijp is om het uit te werken tot een artikel. Enkele aspecten heb ik meegenomen in het hoofdstuk over de polychromie van de Haarlemse kathedraal.*
Wordt vervolgd!
;-) B.
Bronnen en verdere informatie
De * in de tekst hierboven verwijst naar de volgende bronnen (opgemaakt met Zotero):
Hubar, Bernadette van Hellenberg. E kas blau | Het blauwe huis. Gedichten op locatie met reisimpressies (Curaçao). Curaçao/Ohé en Laak, 2011. http://bit.ly/2ykneeF-KasBlau. Over mijn beeldgedichten/gedichten op locatie vind je meer onder deze link.
Hubar, Bernadette van Hellenberg, Ad orientem | Gericht op het oosten. De nieuwe Bavo te Haarlem, WBOOKS-Stichting Kathedrale Basiliek Sint Bavo, op initiatief van de Rijksdienst Cultureel Erfgoed, Zwolle-Haarlem 2016. Het register kan via deze link geraadpleegd worden. Wil je het boek bestellen volg dan deze link.
Hubar, Bernadette van Hellenberg. ‘De muziek van het licht’, Cuypers’ polychromie. Erfgoed in ontwikkeling. Ohé en Laak: Res nova-VanHH.org, 2007. http://bit.ly/Muziek-polychromie.
Foto’s en collage bvhh.nu 2011.
Ben je een keer in Willemstad op Curacao, ga dan eens kijken in de Rifwaterstraat, waar de foto hierboven is genomen die de Caribische coëxistentie in de kleurige gevels laat zien.
Verkorte link van dit item: bit.ly/2JReVIy-VanHH2Org
Om te printen, te delen of te mailen, klik hieronder op 'Delen'.
Eenmaal waren wij machtig En leidde een sterke stamvader het leger richting Jerusalem
Non nobis domine …
Verstard en met de ogen geloken Zijn wij in een eeuwig staren verstomd Onder het hemels Jeruzalem met haar gouden muren en poorten van edelsteen die als Apostelen op wacht staan bij het graf
Dona nobis requiem sempiternam
…
…
_______________________
Post scriptum met erfgoedraadsel —Het gedicht Ubi sunt schreef ik zowat op de kop af tien jaar geleden voor de Cuyperscode, een erfgoedspel dat we met mijn vorige bedrijf Res nova hadden ontwikkeld in het kader van Cuypersjaar 2007 voor het voortgezet onderwijs in Roermond en omgeving. Het plaatje eronder laat een schermafdruk zien van de oorspronkelijke publicatie op het spelforum. Het doet een beetje denken aan het Droste-effect*, maar dat is het toch niet. Zie je wat er ontbreekt?
Het gedicht was bedoeld om op een versluierde manier te helpen om een van de puzzels van de code op te lossen. Ook al gaat het spel binnenkort off line – vanwege de verouderd interface – ik ga niet verklappen waarover het gaat. Laat ik er een miniraadseltje van maken. Het gaat om de combinatie van wat Doré op deze staalgravure laat zien, Roermond en de naamgever van het spel. Probeer daar een gemene deler in te vinden en dan kom je er wel. En ja, in het gedicht staan belangrijke aanwijzingen.
Ubi sunt is overigens een prachtig dichterlijk thema dat slaat op de heimwee naar het verleden, kort samengevat in de vraag ‘Waar zijn ze gebleven …’, de tijden van weleer, de grote figuren die het verschil maakten. En het is universeel. Althans dat denk ik omdat ik me herinner hoe Bertus Aafjes dit verwerkte in een van zijn verhalen over de Japanse rechter Ooka.*
Met het werk van Gustave Doré* kwam ik voor het eerst in aanraking als middelbare scholier. Wat me destijds erg verbaasde was het negatieve oordeel over zijn werk. Wie het schreef weet ik niet meer, maar ik herinner me een opmerking in de trant van dat Doré geen diepte aan zijn onderwerpen vermocht mee te geven en dus het gebrek aan inhoud compenseerde door de formaten op te blazen. Dat raakte me, omdat ik zijn meeslepende, verhalende taferelen geweldig vond. Later zou ik me tijdens mijn studie kunstgeschiedenis realiseren dat – ook – dit een tijdsbeeld was, niet dat van de kunstenaar, maar van de scribent. En wie zal het zeggen … misschien ligt in dat besef wel de kern van engagement voor ondergewaardeerde kunstenaars die onder meer leidde tot acties voor het behoud van het werk van Cuypers en de oprichting van het Cuypersgenootschap.
Wat betreft het onderwerp van de gravure, het idealiseren van de kruistocht is een typisch fenomeen van de herontdekking van de middeleeuwen in de negentiende eeuw die in Nederland nauw verbonden was met de katholieke emancipatie. Een van de belangrijkste exponenten hier was Cuypers’ zwager, J.A. Alberdingk Thijm die onder meer historische romans over middeleeuwse figuren schreef. Wat ik aan de voorstelling zo frappant vind is dat ze niet buiten, maar binnen – in een grote kerk – is gesitueerd. Toch word je in eerste instantie op het verkeerde been gezet door het portaal linksonder in het beeld en de erker met het balkon voor de bisschop met zijn gevolg. Grappig genoeg hebben we in Nederland een kerk waar vergelijkbare erkers zitten, maar waar ook alweer …
Natuurlijk werden de kruisvaarders geromantiseerd. Het klonk allemaal zo mooi en verheven, strijders voor het geloof. In werkelijkheid hebben zich de meest afgrijselijke taferelen afgespeeld die nauwelijks verschilden van wat IS in deze eeuw op zijn geweten heeft.* Wie zich van de kruistochten een indruk wil vormen, kan ik aanbevelen het indringende boek De bekeerlinge (2016) van Stefan Hertmans te lezen.
Om het effect van de spoiler te voorkomen is hieronder als locatie van dit item de plattegrond van Roermond rondom het Cuypershuis geplaatst, dat een behoorlijk grote rol speelde in de Cuyperscode. En ja, ook dit is een hint.
Herkomst afbeelding Gustave Doré, ontleend aan Wikipedia: ‘Par Gustave Doré — James Penny Boyd (1836-1910) (1892) Story of the Crusades, Philadelphie : P.W. Ziegler, Domaine public, Lien’ | http://bit.ly/2lbPjON
IS: https://nl.wikipedia.org/wiki/Islamitische_Staat_(in_Irak_en_de_Levant)
Dit item kan geciteerd worden als Hubar, Bernadette van Hellenberg. “Ubi sunt | Gedicht op maandag (#Gom)”. VanHellenbergHubar.org (blog), 2007; 2017. http://bit.ly/2hkfrmj.
Verkorte link van dit item: http://bit.ly/2zPXnaj-VanHH2Org
Om te printen, te delen of te mailen, klik hieronder op 'Delen'.
Presentatie Rijksmuseum masterclass —Zowel in 2017 als in 2019 heb ik een presentatie gegeven over het programma van het Rijksmuseum voor de masterclass van de Open Universiteit.
Dit tegeltableau betreft de historische ontvangst van Dürer in Den Bosch. Bij de presentatie kun je vinden hoe een van de programmamakers van het Rijksmuseum, Victor de Stuers, dit tafereel liet samenstellen door Georg Sturm. Wat ik zelf heel apart vind aan dit tableau is het kleurgebruik. Wat zou de bedoeling zijn geweest bij de onderverdeling van het gezelschap in lichte en donkere groepen; niet in naturalistische kleuren, maar wisselende partijen in gebroken wit, zachtgeel en oker? En hoe apart om de Sint Janskathedraal op de achtergrond tegen een bordeauxrode hemel te plaatsen. Kleurtransposities waren in die tijd zeker niet gebruikelijk.
Wie het weet, mag het zeggen.
Op Wikimedia Commons kun je een overzicht vinden van de tableaus op de buitengevels van het Rijksmuseum. Misschien helpt dat om mijn vraag te beantwoorden, want ook bij de rest van de serie zie je dit type kleurtoepassing.
Overigens heb ik over dit bezoek van Dürer ooit een achtergrondverhaal geschreven voor de Cuyperscode. Dat vult de presentatie mooi aan. Surf naar deze link om het te lezen!
;-) B&M
Om te printen, te delen of te mailen, klik hieronder op 'Delen'.
Afgelopen maanden heb ik het Cuypershuis als ambassadeur geholpen bij de crowdfunding voor de redding van Cuypers’ glasnegatieven. Dat was een interessante actie, waarvan ik een soort logboek bij heb gehouden op if then is now: http://bit.ly/ifthenisnow-Cuy2.
Zoals ik wel vaker met dit soort zaken meemaak (kijk naar De genade van de steiger, De nieuwe Bavo te Haarlem of naar #KunstinBreda), is er veel meer uitgekomen dan ik had verwacht. Voor mij was het een mooie oefening in kort blijven, want meer tekst dan op de ‘dia’ en een kleine toelichting eronder, was niet de bedoeling. Eigenlijk heb ik dus vooral een heleboel vragen opgeworpen die nog op antwoord wachten. Waar is de masterstudent die met al deze proefballonnetjes verder gaat?
De crowdfunding is inmiddels een groot succes geworden: het streefbedrag van 10.000 euro is bereikt, maar dat betekent niet dat het Cuypershuis op zijn lauweren gaat rusten. Voor de totale restauratie is immers het viervoudige nodig, dus donaties blijven welkom! De actie via bit.ly/Cuypersglasnegatieven op het platform voordekunst.nl is voorbij, maar de crowdfunding wordt voortgezet door het museum zelf. Help mee en geef je donatie door aan museum@roermond.nl onder vermelding van #CuypersinBeeld.
Of bezoek de tentoonstelling en doe daar je schenking. Tot 26 maart 2017 kun je terecht!
;-) B.
Post scriptum
Bij de proefballonetjes zat onder meer het volgende erfgoedraadsel:
…
Kom je er niet uit, dan kun je hier de spoiler vinden!
Over de reddingsactie voor Cuypers’ glasnegatieven schreef ik eerder dit item op deze site: http://bit.ly/2hDGDLh.
Verkorte link van dit item: http://bit.ly/VHH-Cuy2
Om te printen, te delen of te mailen, klik hieronder op 'Delen'.
Cuypers assortiment is de verzamelnaam voor allerlei webartikelen waar de architecten Cuypers, hun familie en netwerk in figureren. Oorspronkelijk droeg deze pagina de titel Cuyperiana, maar die hebben we losgelaten ten behoeve van de stichting die Pierre M. Cuypers* medio dit jaar heeft opgericht voor het erfgoed van de architecten Cuypers en andere kunstenaars en denkers in deze familie en hun netwerken: Cuyperiana.nl. De jongste loot aan deze rijk vertakte boom is kunstenares Juliette Tulkens, dochter van Melodia, op haar beurt dochter van Charles Cuypers, de jongste zoon van Joseph. Ga eens kijken op haar Facebookpagina.
Aanvankelijk kwamen op deze webpagina allerlei stukken langs die te maken hadden met Pierre J.H. Cuypers. Sinds het grote project over de nieuwe Bavo/KoepelKathedraal Haarlem en de Joseph Cuypers Collectie (JCC) neemt zoon Joseph Cuypers geleidelijk de leidende rol van zijn vader over. Ook diens zoon, Pierre J.J.M. Cuypers, komt af en toe langs. Hoewel Thijm – Jozef Alberdingk Thijm wel te verstaan – eigenlijk een eigen rubriek verdient, is ook zijn gedachtegoed en nalatenschap in deze rubriek te vinden.
Waar is Nenny?
De grote ontbrekende figuur in dit gezelschap was tot voor kort Cuypers’ vrouw, Nenny (Antoinette) Alberdingk Thijm. Dat moest wat in veranderen, want zonder haar had Pierre Cuypers nooit die groeispurt kunnen maken, waardoor hij van een bakkerszoon doctor Cuypers werd. Doordat ze ook voor haar zoon een rol van betekenis had, komt ze met regelmaat voor in de JCC. Met name dit item in Varia deel 2 is interessant, ook omdat het over het Roermonds als taal gaat (zoekterm Nenny). En wat dacht je van de relatie met haar stiefdochter Rosa in Wie is wie in de JCC (zoekterm Rosa).
Cuypers4all
Tot Cuypers assortiment behoort ook Cuypers4all: de collectie rapporten, artikelen et cetera die zonder kosten gedownload kan worden. Kijk eens of er iets van je gading bij zit!
De #presentatie met portretten en collages van de familie Cuypers is tijdelijk uitgeschakeld, maar binnenkort weer online! Je kunt ze overigens ook bekijken via deze link.
De architecten Cuypers, hun familie, netwerk en hun geestverwanten komen met grote regelmaat aan de orde op onze Facebookpagina: http://bit.ly/VanHHOrg2FB
Ga eens kijken en ‘like’ de pagina, zodat berichten over de architecten Cuypers, hun verwanten en netwerk een nog grotere actieradius bereiken!
;-) B&M
Verkorte link: http://bit.ly/1o6zCVp
Om te printen, te delen of te mailen, klik hieronder op 'Delen'.
Nota bene —Deze blog verkeert in statu nascendi. Je mag rustig een kijkje nemen, maar het item is nog niet helemaal af. ((Het woord blog mag mannelijk/vrouwelijk en onzijdig gebruikt worden. Hoewel je de laatste tijd steeds vaker het blog ziet staan, volg ik de voorkeursvorm van het Genootschap Onze Taal door het mannelijke lidwoord de toe te passen.)) Er is zoveel over dit onderwerp te zeggen dat het misschien wel simpelweg onvoltooid moet blijven. Een continuing story?
Kreupele restanten
De Antoniuskapel in Servaaskerk te Maastricht (1874-1900) met een deels wel en deels niet gerestaureerde uitmonstering van Pierre J.H. Cuypers. ((Hubar, Eenheid in het vele, in: http://bit.ly/Themanummer-Servaaskerk-KNOB84, pp. 120, 135, noot 80.)) Foto auteur, 2014.
Zeg niet dat dit mooi is, want dat is het niet, dit kreupele restant van Cuypers’ uitmonstering in de Maastrichtse Servaaskerk (1864-1908). Natuurlijk, het beeld van Antonius onder zijn neogotische baldakijn staat er nog, de geschilderde tapisserie tegen de wand is superbe en de epische schilderingen met scènes uit het leven van de heilige blijven hun verhaal vertellen, maar toch … het klopt niet. Ik heb de kapel nog gekend toen ze helemaal gaaf was: toen waren ook de schalken met de muraalbogen en het gewelf daarboven rijk gesjabloneerd. Op de zware pijlers richting schip zat schijnmetselmerk dat voor een evenwichtige dimensionering zorgde. Decennia verwaarlozing en een zoutuitbloei van jewelste hadden hun tol geëist, maar het gehele polychrome schema in deze ruimte was er nog. Een halfslachtige Cuypers resteerde na de restauratie van de Servaaskerk in 1983-1989.
Waarom ik hier aan denk? Misschien omdat ik er laatst weer eens was. Niet geheel vrijwillig, want ik kom er niet graag. Iedere keer als ik de kerk binnenstap is het een klap in mijn gezicht. Ik mis het geschilderde triforium in het schip, de kloeke blokverbanden van de pijlers en de weelde aan geschilderde tapisserieën die volgens een oeroude iconografische traditie door heel de kerk uit eerbied en pure verering waren aangebracht. Maar soms moet ik er wel naar toe, omdat tussen alle fragmenten bijzonderheden zitten die ik nodig heb voor onderzoek. Neem bijvoorbeeld de litanie van Loreto in de Mariakapel met al die oeroude Mariatitels, waarvan er een aantal op veel oudere culturen dan die van het christendom teruggaat.
Maar ik denk er ook aan, omdat ik laatst mijn eerste artikel over de iconografie van Cuypers, Alberdingk Thijm, De Stuers en hun tijdgenoten onder ogen kreeg. Dat verscheen in 1984 in het themanummer over de Servaaskerk in het Bulletin KNOB. Wies van Leeuwen, met wie ik dat jaar het Cuypersgenootschap heb opgericht, had dit bedacht om een wetenschappelijke bijdrage aan de restauratieproblematiek te kunnen leveren. ((Leeuwen, Wies van, red., ‘Van de redactie’ [themanummer restauratie Servaaskerk Maastricht], in: http://bit.ly/Themanummer-Servaaskerk-KNOB84, pp. 103-104.)) Dat was ook nodig omdat kort ervoor twee publicaties van de restauratiestichting verschenen, waarin Cuypers met vereende krachten naar de verdoemenis was geschreven. Op liturgisch gebied werd dit weerlegd door een helder artikel van Kees Peeters, die dit schreef omdat hij vond dat verantwoording afgelegd moest worden voor het tribunaal van de geschiedenis (een zin die ik nooit meer ben vergeten). Daarna volgden Wies en ik met respectievelijk een evaluatie van wat er in de jaren zestig met de inrichting van Cuypers was gebeurd in de Munsterkerk en het iconografisch programma van de Servaaskerk, en tenslotte het enige artikel dat effect zou sorteren, dat van Jos Koldeweij over het Bergportaal. Toen men daar eenmaal was aangekomen met de werkzaamheden was het kwartje gevallen. Waarschijnlijk heeft men toen al ingezien wat voor een blamage de aanpak van het interieur was gebleken, ook al werd iedere kritiek overstemd door enigszins overspannen jubelgeluiden.
Een iconografische zeldzaamheid vormt de kapel van het heilig Aanschijn (1893-1894) uit het atelier van Cuypers, waar de doek van Veronica wordt vereerd en de muur bezet is met votiefstenen die qua vorm en kleur passen in het decoratieschema. ((Hubar, Eenheid in het vele, in: http://bit.ly/Themanummer-Servaaskerk-KNOB84, pp. 120, 129-131, 134.)) Rondom het altaar bevonden zich op de muur geschilderde draperieën, niet alleen bedoeld als lambrisering, maar ook om het beeld van gordijnen rondom een heilige plaats op te roepen. Versluiering was een teken van eerbied en paste bij het mysterie. De gordijnen werden verwijderd en geheel tegen de polychrome wetten in vervangen door schijnmetselwerk dat gewoon naar beneden doorgetrokken werd. Hierdoor is ook de dimensionering van de kapel geweld aangedaan. Foto auteur, 2014.
Wies heeft toen doorgezet dat we de restauratie zouden evalueren. En dat gebeurde ook, in het blad van het Cuypersgenootschap, De Sluitsteen. ((Van Leeuwen en Hubar, ‘De beginselloosheid tot adagium verheven’, in: http://bit.ly/Evaluatie-1991-Servaaskerk, pp. 75-97.)) Hierdoor is er een behoorlijk goed gevulde portfolio van deze casus. De opmaat werd gevormd door de publicatie over het symposium van de Jan van Eyckacademie in 1979, geïnitieerd door de latere oprichter van de SRAL, Anne van Grevenstein. Daarna de reeks artikelen van Wies en van mij, waaronder het themanummer van het Bulletin KNOB en de publicaties in Heemschut, en tenslotte onze evaluatie. Het gros van de artikelen kan inmiddels gedownload worden. Zelf ben ik aangenaam verrast dat met name de iconografische artikelen actueel zijn gebleven en nog steeds worden gebruikt.
Ik ben nog altijd trots op wat we toen met die hele groep van het Cuypersgenootschap hebben gedaan, met Jenny Bierenbroodspot die onze artikelen kritisch doorlas en redigeerde, Jules Bonnet die voor foto’s zorgde, Guido Hoogewoud als onvermoeibaar klankbord, Gert van Kleef die z’n eerste schreden op het Cuyperspad zette, wijlen Pieter Singelenberg als onze onbetwiste autoriteit en Ruud van Hövell die ons juridisch advies gaf en leerde hoe we bij de Raad van State moesten optreden. Maar ook al heeft de geschiedenis ons gelijk gegeven – de reconstructie van de uitmonstering van Cuypers in het Rijksmuseum legt daar iedere dag getuigenis van af – de pijn blijft als ik het schip van de Servaaskerk betreed.
Sic erat in fatis, zou De Stuers zeggen.
B. ((Het lag in het lot besloten! Het bovenstaande item kan geciteerd worden als: Hubar, Bernadette van Hellenberg, ‘Dertig jaar later’, op: vanhellenberghubar.org, http://bit.ly/1QPcsPN (2014).))
Downloads
De opiniërende artikelen van Wies van Leeuwen en ondergetekende in Heemschut vanaf 1983 via: http://cultuurtijdschriften.nl, zoektermen: Servaaskerk, restauratie, Wies van Leeuwen, Bernadette van Hellenberg Hubar, waaronder: ‘Een gemutileerde Cuypers aanbidden’, in: Heemschut 61 (1984), pp. 128-131. | http://bit.ly/Gemutileerde-Cuypers-Servaaskerk.
Leeuwen, Wies (A.J.C.) van, en Bernadette van Hellenberg Hubar, ‘De beginselloosheid tot adagium verheven’, De polemische restauratie van de Sint-Servaas te Maastricht, De Sluitsteen 6 (1990-1991), pp. 75-97: http://bit.ly/Evaluatie-1991-Servaaskerk.
Hubar, Bernadette van Hellenberg, De muziek van het licht,Cuypers’ polychromie, Res nova, Ohé en Laak 2007. | http://bit.ly/Muziek-polychromie.
Bronnen
Nota bene — In de voetnoten gebruik ik onder meer verkorte titels die volledig aangehaald zijn in de bibliografie van deze site.
Om te printen, te delen of te mailen, klik hieronder op 'Delen'.
Onze website gebruikt cookies voor een optimale ervaring. VanHellenbergHubar.Org vraagt de gebruiker om hiermee akkoord te gaan door op 'Accept' te klikken.AcceptRead More
Privacy en cookies ingevolge de AVG
Privacy Overview
This website uses cookies to improve your experience while you navigate through the website. Out of these, the cookies that are categorized as necessary are stored on your browser as they are essential for the working of basic functionalities of the website. We also use third-party cookies that help us analyze and understand how you use this website. These cookies will be stored in your browser only with your consent. You also have the option to opt-out of these cookies. But opting out of some of these cookies may affect your browsing experience.
Necessary cookies are absolutely essential for the website to function properly. This category only includes cookies that ensures basic functionalities and security features of the website. These cookies do not store any personal information.
Any cookies that may not be particularly necessary for the website to function and is used specifically to collect user personal data via analytics, ads, other embedded contents are termed as non-necessary cookies. It is mandatory to procure user consent prior to running these cookies on your website.