De gebroeders Dunselman in vakblad Vitruvius

De gebroeders Dunselman in vakblad Vitruvius — We waren al bezig met dit artikel toen begin augustus 2020 het schokkende nieuws kwam dat museum Ons’ Lieve Heer op Solder met sluiting bedreigd werd. Schokkend omdat dit onvermijdelijk gevolgen zou hebben voor de ateliercollectie van Kees Dunselman die eind vorige eeuw door de familie in bruikleen is gegeven aan dit museum. Hierin bevindt zich niet alleen werk van de jongste Dunselman, maar ook van zijn oudere broer Jan. Ze behoren tot de top van de kerkschilders anno 1900 met een bijzonder netwerk, waartoe onder meer Antoon Derkinderen, Joseph Th.J. Cuypers en Jan Stuyt behoorden. Centrum van de discussie over monumentale kerkelijke kunst in die dagen was de katholieke kunstkring De Violier, waarvan Jan als een van de oprichters vanaf 1900 lid was, en Kees later in 1906 toetrad.

De schilderingen van Kees Dunselman (na 1903) in de onze Lieve Vrouwe Hemelvaartkerk van Oude Tonge (Goeree-Overflakkee), ontworpen door Joseph Cuypers (1897-1898).
Een van de kerken, waar Kees Dunselman gewerkt heeft, is de Onze Lieve Vrouwe Hemelvaartkerk van Oude Tonge (Goeree-Overflakkee): een ontwerp van Joseph Cuypers uit de tijd dat hij ook met de nieuwe Bavo in Haarlem bezig was (1897-1898). De uitmonstering bestond voor een deel uit materiaal- en baksteenpolychromie, ontworpen door de architect. Waarschijnlijk is ook het concept van de geschilderde polychromie van zijn hand, omdat Kees Dunselman pas vanaf 1903 als kerkschilder actief was. Het was niet ongebruikelijk om de velden voor de figuratieve schilderingen (figuraties) leeg te laten, totdat er voldoende middelen waren voor verdere invulling. In dat geval zou Kees Dunselman alleen verantwoordelijk zijn voor de figuraties in de kerk, die we op deze historische foto zien in het priesterkoor, op de triomfboog, en tegen de transeptarmen. Deze uitmonstering is grotendeels verdwenen als gevolg van de watersnood en de vernieuwingen onder Vaticanum II. Voor de herkomst van de foto volg deze link.
____________

Toekomst ateliercollectie — Wie de nieuwsberichten en de sociale media heeft gevolgd, weet dat het goed afgelopen is met Ons’ Lieve Heer op Solder. Het was een discussie die met veel emoties gepaard ging en waaraan ook vanuit de kunsthistorische hoek een constructieve bijdrage is geleverd. Zelf heb ik vooral op Facebook daaraan deelgenomen. Wat betreft mijn collega’s, mag ik graag wijzen op het artikel van grand’ old man Peter van Dael in Ignis webmagazine. Van Dael was jarenlang als docent kunstgeschiedenis verbonden aan de Vrije Universiteit van Amsterdam en was een van de eersten die zich bezighield met het veiligstellen van de archivistische nalatenschap van de gebroeders Dunselman. Ook al blijft Ons’ Lieve Heer op Solder behouden, wat er met de ateliercollectie gaat gebeuren staat allerminst vast. 

Daar komen we zeker nog op terug!

Dubbelartikel over de gebroeders Dunselman — Intussen ben je welkom om deel 1 van ons dubbelartikel te lezen over Jan en Kees Dunselman. Het is ontleend aan ons E-boek over de recente kalotschilderingen van de kathedraal van Rotterdam, waarbij Jojanneke Post zich heeft laten inspireren door het verdwenen werk van haar voorganger, Kees Dunselman. In principe hadden we hiervoor nog aanvullend onderzoek willen doen bij het KDC in Nijmegen dat eveneens over een deelarchief van Kees Dunselman beschikt. Dat bleef spijtig genoeg buiten de onderzoeksopdracht van het E-boek, omdat het doel – het achterhalen van de opzet van de oorspronkelijke schildering van de kalot – bereikt was. En nog spijtiger, ook ditmaal kon geen controleslag gemaakt worden … nu was het coronavirus de spelbreker.

Deze onderzoeksleemte ten spijt, bevat het dubbelartikel over de gebroeders Dunselman zoveel nova dat het rijp is voor een groter publiek. Vooral dankzij Delpher en Kerkcollectie Digitaal van het Catharijneconvent is veel nieuw materiaal opgespoord waardoor het geijkte beeld van wie nu precies wat deed bijgesteld kon worden. Ook de relatie tussen liturgie, uitmonstering en iconografie kon hierdoor goed in beeld worden gebracht. Dat die kenniswinst opportuun is staat wel vast. Er worden zoveel kerken herbestemd dat het goed is om te weten waar de twee kerkschilders hebben gewerkt en wat voor een rijke programma’s hier zijn uitgevoerd. Schilderingen willen bij hergebruik wel eens stiefmoederlijk worden behandeld, omdat ze eigenlijk altijd in de weg zitten. Dus ga er voor zitten en verdiep je in het verhaal. Je kunt het scherm vergroten door op het rechter icoontje te klikken in het raamwerk hieronder.

Jan en Kees Dunselman-1.VITRUVIUS

In de tekst zit een omissie die bij de aanpassing van de betreffende paragraaf voor Vitruvius is blijven hangen. We zijn benieuwd wie die als eerste signaleert. 
Verder een slip of the cursor bij de verwijzing naar de noten 31-32 in noot 33. Bedoeld zijn de noten 30-31. En had je ook dat merkwaardige jaartal gezien?

;-) B&M

Vragen? Stuur een mailtje naar bernadette@vanhellenberghubar.org!


Verwijzingen

  1. Dael, Peter van. ‘Ons’ Lieve Heer op Solder na 133 jaar dicht? Neen!’ Ignis webmagazine, 20 augustus 2020. https://bit.ly/39X53wN-KerkelijkErfgoed.
  2. Dat bijstellen geldt ook voor de paragraaf over de Dunselmannen in ons boek De genade van de steiger en het stuk over de Urbanuskerk van Nes aan de Amstel in ons boek over de nieuwe Bavo/KoepelKathedraal te Haarlem.
  3. Voor het E-boek zie: Hubar, Bernadette van Hellenberg, Jojanneke Post (Davique Sierschilderwerken), en Marij Coenen. Tussen Gabriel en Michael: de schilderingen naar Kees Dunselman in de Laurentius & Elisabeth Kathedraal te Rotterdam : achtergronden, betekenis & techniek. Rotterdam: HH. Laurentius & Elisabethparochie, 2018. http://bit.ly/VanHH-LauElKat-download.
  4. RCE. ‘Rijksmonument 521890: R.K. Kerk O.L.V. Hemelvaart Oude Tonge – Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed’. Monumentenregister.nl, 2001. http://bit.ly/2usEs5M.
  5. Voor de Katholieke Kunstkring De Violier en Jan Dunselman zie: Hubar, De nieuwe Bavo, pp. 52-57, 63-66. Voorts Hubar, De genade van de steiger, pp. 181-183, 190-193 (De Violier, Jan Dunselman). Voor het lidmaatschap van Kees Dunselman, zie het bovenstaande artikel in Vitruvius of het E-boek in noot 3 (zoekterm Violier). De volledige titels staan in de bibliografie.
  6. De herkomst van de foto met de historische uitmonstering van de Onze Lieve Vrouwe Hemelvaartkerk van Oude Tonge is jammer genoeg niet precies duidelijk. Eind 2019 werden Jojanneke Post van Davique Sierschilderwerken en wij, vanwege onze eerdere samenwerking bij de Laurentius en Elisabeth Kathedraal van Rotterdam, uitgenodigd om offerte uit te brengen voor een vooronderzoek met betrekking tot het eventuele terugbrengen van de polychromie/schilderingen in de kerk. Hoewel er een aardig bedrag aan subsidies in het vooruitzicht lag, heeft het kerkbestuur anders besloten. Bij de stukken die we ontvingen bij het werkbezoek voorafgaand aan de offerte zat onder meer deze historische afbeelding. 
  7. Hubar, Bernadette van Hellenberg en Marij Coenen. “Jan en Kees Dunselman. Kerkschilders van niveau (deel 1)”. Vitruvius, onafhankelijk vakblad voor erfgoedprofessionals 14 (2020): 18-25.
Sociale media en erfgoed

VanHellenbergHubar.Org zet sociale media in zowel om nieuws over kunst, cultuur & erfgoed te delen als om vragen te stellen en zo kennis te vergaren. Centraal hierin staat onze Facebookpagina: http://bit.ly/VanHHOrg2FB

Ga eens kijken en ‘like’ onze pagina, zodat de berichten over onderwerpen als de voorgaande een nog grotere actieradius bereiken!

Je kunt ons en andere onderzoekers ook helpen door deze pagina te delen via de knop delen onderaan de pagina (graag de hashtag #Dunselman gebruiken).

Verkorte link van dit item: http://bit.ly/3gZdjOq-Dunselman

Kunstenaarsoog in een verdwijnende wereld | Vitruvius

Kunstenaarsoog in een verdwijnende wereld | vakblad Vitruvius — Tot en met 8 maart 2020 kan de verdwenen wereld van kerken en landschappen in Breda en rond Breda bewonderd worden, vastgelegd door Clemens Merkelbach van Enkhuizen in de jaren vijftig en zestig van de vorige eeuw. Waar? In Stedelijk Museum Breda, waar curator Linda Eversteijn deze tentoonstelling opzette naar aanleiding van de schenking van het Bredase oeuvre door de kunstenaar. Met name de neogotische architectuur waar op dat moment totaal geen waardering meer voor was, moest het ontgelden. Als jonge kunstenaar legde Clemens niet alleen de nog gave gebouwen, maar ook het sloopproces daarvan vast. 

Het klinkt een beetje als een roman, de student aan de kunstacademie die gepokt en gemazeld was in de laatste vloedgolf van het ‘Rijke Roomse Leven’, daar zijn hart aan verpandde en dan mee moet maken hoe de getuigenissen ervan verdwijnen. La cathedrale engloutie (De verdronken kathedraal 1), maar dan niet slechts voor een etmaal, bij vloed, maar definitief …

In onderstaand artikel in vakblad Vitruvius gaat Bernadette dieper in op het kunstenaarsoog van Clemens Merkelbach en legt ze uit wat zijn werk zo bijzonder maakt.2 Ze constateert dat ‘wij als kunsthistorici’ we nog maar net begonnen zijn met het positioneren van oeuvres die niet tot die van de avant-garde behoren. Als je die met een onbevangen oog bekijkt en een bewuste poging doet om de ingesleten vooroordelen over progressie en conservatief in de kunst buiten te sluiten, dan doe je verrassende ontdekkingen. Die willen we graag via dit item met je delen.

Clemens Merkelbach, Cuypers VIT_Okt.2019_Bernadette

We hebben het al vaker opgemerkt: Breda blijf verrassen, niet alleen op het gebied van het monumentale erfgoed, zoals ons project #KunstinBreda laat zien, maar ook museaal. Als je naar de tentoonstelling van Clemens Merkelbach gaat, loop dan ook eens een van de andere de zalen binnen. En als je weer buiten staat stap dan eens een van de nog bestaande kerken binnen die we bij #KunstinBreda onder de loep hebben genomen, zoals de kathedraal of de Begijnhofkapel. Heb je meer tijd, ga dan naar de Laurentiuskerk in het Ginneken, ontworpen door Joseph Cuypers en Jan Stuyt. Je zult je geen moment vervelen!

De nummers van vakblad Vitruvius kun je overigens on line lezen. Volg daarvoor deze link.

;-) B&M

Vragen? Stuur een mailtje naar bernadette@vanhellenberghubar.org!


Verwijzingen
  • La cathédrale engloutie (De verdronken kathedraal), prelude van Claude Debussy op basis van de Bretonse legende van Ys (zie het gelijknamige Wikipedia-lemma). Tevens metafoor voor het lot van de Kerk, het verdwenen ‘Rijke Roomse Leven’ na de oorlog, zoals onder meer uitgedrukt door priester-kunstenaar Jean Adams; zie Hubar e.a., De genade van de steiger, p. 444 (volledige titel in de bibliografie van deze site).
  • Dit artikel is ontleend aan de bijdrage van Bernadette aan de publicatie bij gelegenheid van de tentoonstelling: Kuilman, Dingeman, Linda Eversteijn, Peter van Dael en Bernadette van Hellenberg Hubar. Clemens Merkelbach van Enkhuizen. Verstilling en verandering | Stillness and change. CollectieLab, 19.2. Breda: Stedelijk Museum Breda, 2019.
  • Zie ook ons eerdere bericht over deze tentoonstelling.
Sociale media en erfgoed

VanHellenbergHubar.Org zet sociale media in zowel om nieuws over kunst, cultuur & erfgoed te delen als om vragen te stellen en zo kennis te vergaren. Centraal hierin staat onze Facebookpagina: http://bit.ly/VanHHOrg2FB

Ga eens kijken en ‘like’ onze pagina, zodat de berichten over onderwerpen als de voorgaande een nog grotere actieradius bereiken!

Je kunt ons en andere onderzoekers ook helpen door deze pagina te delen via de knop delen onderaan de pagina (graag de hashtag #ClemensSMB gebruiken).

Verkorte link van dit item: http://bit.ly/354tmUm-VanHH2org

Clemens Merkelbach van Enkhuizen

Clemens Merkelbach van Enkhuizen — De nieuwsbladen kopten het al: Clemens Merkelbach van Enkhuizen schenkt zijn Bredase oeuvre aan Stedelijk Museum Breda en dit wordt gevierd met een tentoonstelling die loopt tot en met 23 februari 2020. Het thema is ‘Verstilling en verandering’: je komt oog in oog te staan met de ingrijpende afbraakprocessen die Clemens heeft vastgelegd van kerken van de architecten Cuypers* en hun leerlingen, zowel in Breda als in zijn latere woonplaats Amsterdam. Maar ook het verdwenen landschap van Gageldonk bij Prinsenbeek (Breda) komt in beeld.

Wat was de bijdrage van ons bureau? Het positioneren van dit deel van zijn oeuvre in de context van de verschillende relevante kunsthistorische stromingen. Dat was spannend werk, want als erfgoedspecialisten zijn we nog maar net begonnen met het waarderen van werk dat niet tot de avant-garde behoort, zoals dat van Clemens. Ook wij leren hierdoor opnieuw te kijken en ons gereedschap te ijken. Daarbij bots je ook tegen je eigen vooroordelen aan. Een mens wordt altijd wat kriebelig als de zoveelste verwijzing naar Vincent van Gogh langs komt. Kun je een groter cliché bedenken? Heeft die kunstenaar niet zelf genoeg in huis om het zonder zo’n gewilde opwaardering met Van Gogh te doen? In dit geval zaten we er goed naast. We spreken anno 1958 en de voorganger van Stedelijk Museum Breda organiseert een tentoonstelling over Van Gogh. Hier komt Clemens als jonge man van nog geen twintig voor het eerst direct in aanraking met het werk van Van Gogh, in al zijn kleurrijke en haptische weelde. En dat heeft een verpletterende indruk op hem gemaakt. Keer op keer komt hij terug, ook om anderen rond te leiden en in zijn enthousiasme te laten delen. 

De andere bijdrage die we hebben geleverd was het schrijven van de tekstbordjes van de tentoonstelling. In 60 woorden aan de toeschouwer uitleggen waar het om draait in het werk wat hij ziet, is echt een hele uitdaging! We komen er nog op terug!

Down memory lane — Voor Bernadette was dit project ook nog een trip down memory lane, zoals ze hieronder vertelt:

Het was een heerlijk project om aan mee te werken. Curator Linda Eversteijn* en ik kennen elkaar van Museum aan het Vrijthof. Ze zag de naam Cuypers staan, toen ze zich ging inlezen in haar project over Clemens. ‘Cuypers, mmm … Bernadette’; en zo kwam er iets moois op mijn pad. Het toeval wil dat ik Clemens in de jaren tachtig al heb leren kennen toen hij het dubbelportret schilderde van mijn oom en tante op het Geudje in Ohé. Ons gesprek ging al heel snel over Cuypers en om een lang verhaal kort te maken … Clemens maakte een prachtige tentoonstelling in het huidige Cuypershuis met behulp van zijn tekeningen en zijn collectie objecten uit de gesloopte kerken; dat was bij gelegenheid van het eeuwfeest van het Rijksmuseum in 1985. Peter van Dael die ook aan de Bredase expositie meewerkt, hield destijds een mooie inleiding. Dat gaat hij 17 augustus bij de officiële feestelijkheden in Breda weer doen. Zo wordt de cirkel gesloten.*

Nieuwsgierig geworden? Lees dan verder in het bericht hieronder dat het museum aan de pers heeft verstrekt.

Stadsblad 2-8-19, Clemens Merkelbach, B

Breda is een stad die op een verrassende manier rijk is aan kunst en cultuur, zoals we hebben ontdekt bij ons project #KunstinBreda. Als je naar de tentoonstelling gaat, wandel dan eens een van de kerken binnen die we behandeld hebben, zoals de kathedraal of de Begijnhofkapel. Heb je meer tijd, ga dan de Laurentiuskerk bezoeken van het Ginneken, ontworpen door Joseph Cuypers en Jan Stuyt. Zeer de moeite van een bezoek waard!

;-) B&M

Vragen? Stuur een mailtje naar bernadette@vanhellenberghubar.org!


Verwijzingen
  • De volledige titel luidt: Kuilman, Dingeman, Linda Eversteijn, Peter van Dael, en Bernadette van Hellenberg Hubar. Clemens Merkelbach van Enkhuizen. Verstilling en verandering | Stillness and change. Breda: Stedelijk Museum Breda, 2019.
  • We spreken tegenwoordig over de architecten Cuypers, omdat inmiddels gebleken is dat zowel Pierre J.H. Cuypers en zijn zoon Joseph Th.J. Cuypers, als Joseph Th.J. Cuypers en diens zoon Pierre J.J.M. Cuypers op zo’n manier hebben samengewerkt dat van een dubbel of zelfs drievoudig auteurschap gesproken kan worden. Een markant voorbeeld is de zogenaamde kathedraal van Amsterdam, de Willibrordus buiten de Veste, die Clemens tijdens de sloop heeft getekend. De oostpartij was van Pierre J.H. Cuypers, schip en transept van zijn zoon Joseph en de vieringtoren van Pierre J.J.M. Cuypers.
  • Linda Eversteijn heeft haar eigen bedrijf DichtbijKunst en werkt in opdracht van musea en andere instellingen aan tentoonstellings- en collectieprojecten, kunsteducatie en workshops/trainingen rondom mindfulness en kunst.
  • Deze tekst is gebruikt voor verspreiding van dit bericht op de sociale media. Over de tentoonstelling in het Cuypershuis verscheen een artikel in Heemschut 1985 (pp. 174-175).
Sociale media en erfgoed

VanHellenbergHubar.Org zet sociale media in zowel om nieuws over kunst, cultuur & erfgoed te delen als om vragen te stellen en zo kennis te vergaren. Centraal hierin staat onze Facebookpagina: http://bit.ly/VanHHOrg2FB

Ga eens kijken en ‘like’ onze pagina, zodat de berichten over onderwerpen als de voorgaande een nog grotere actieradius bereiken!

Je kunt ons en andere onderzoekers ook helpen door deze pagina te delen via de knop delen onderaan de pagina (graag de hashtag #ClemensSMB gebruiken).

Verkorte link van dit item: bit.ly/2M6JQFt-VanHH2Org